Emissievrije gebouwen in 2050

Het doel van de Europese Unie is dat alle gebouwen uiterlijk in 2050 emissievrij worden. De Europese lidstaten zijn verplicht om in overeenstemming met de Europese regels plannen op te stellen, uit te voeren en om regels vast te stellen. Om dat te kunnen bereiken worden de Europese eisen stapsgewijs steeds verder opgeschroefd. Dat stappenplan staat vrij gedetailleerd in de EPBD inclusief de termijnen waarbinnen de stappen moeten zijn gerealiseerd.

Reeds vanaf 1 januari 2028 moeten alle nieuwe gebouwen van de overheid emissievrij zijn en in overeenstemming met artikel 11 van de EPBD IV. Vanaf 1 januari 2030 moeten alle nieuwe gebouwen emissievrij zijn. De gehele gebouwenvoorraad – uitzonderingen daargelaten – moet uiterlijk in 2050 geheel emissievrij zijn.

Twee energieprestatieniveaus voor niet voor bewoning bestemde gebouwen

De EPBD voert 2 energieprestatieniveaus voor alle niet voor bewoning bestemde gebouwen in waaraan minimaal moet worden voldaan, te weten:

  • vanaf 2030 moet het energieprestatieniveau van alle niet voor bewoning bestemde gebouwen beter zijn dan van de slechtst presterende 16% uit 2020;

  • vanaf 2033 moet het energieprestatieniveau van alle niet voor bewoning bestemde gebouwen beter zijn dan van de slechtst presterende 26% uit 2020.

Minimumeisen in zake energieprestaties

Ook andere gebouwen moeten gaan voldoen aan minimumeisen voor de energieprestaties. Nieuwe gebouwen van overheidsinstanties moeten al vanaf 1 januari 2028 emissievrij zijn. Voor andere nieuwe gebouwen geldt die eis vanaf 1 januari 2030.

Voor bestaande gebouwen moeten die minimumeisen worden gesteld in geval van een ingrijpende renovatie (artikel 8 EPBD IV).

Renovatie woningbestand

Uiterlijk op 29 mei 2026 moet iedere lidstaat een nationaal traject hebben vastgesteld voor de geleidelijke renovatie van het woningbestand met als doel – naast de te behalen tussentijdse doelen – een emissievrij gebouwenbestand tegen 2050 (artikel 9 lid 2 EPBD IV).

Verplicht zonne-energie opwekken

Artikel 10 lid 1 van de EPBD verplicht lidstaten er voor te zorgen dat alle nieuwe gebouwen zodanig worden ontworpen dat hun potentieel voor opwekking van zonne-energie wordt geoptimaliseerd.

In lid 3 staan concrete deadlines voor de nationale overheden voor de uitrol van geschikte zonne-energie-installaties, voor zover dit technisch geschikt en economisch en functioneel haalbaar is. De eerste deadline loopt reeds af op 31 december 2026 voor alle nieuwe openbare en niet voor bewoning bestemde gebouwen met een bruikbaar vloeroppervlakte van meer dan 250 vierkante meter. Voor bestaande openbare gebouwen met een vloeroppervlakte van meer dan 2000 vierkante meter loopt die deadline af op 31 december 2027. Voor nieuwe woongebouwen en nieuwe overdekte aanpalende parkeergelenheden moet dat uiterlijk op 31 december 2029. Dat is dus al snel.  

Whole Life Carbon- berekening

Voor nieuw gebouwen met een vloeroppervlakte van meer dan 1000 vierkante meter moet er vanaf 1 januari 2028 een “whole life carbon”- berekening over de hele levenscyclus van het gebouw worden gemaakt. De meting moet worden vermeld op het energieprestatiecertificaat van het gebouw. Vanaf 1 januari 2030 geldt die eis voor alle nieuwe gebouwen.

Conclusie

De Europese Unie stelt steeds meer regels en termijnen om het gebouwenbestand in 2050 geheel emissievrij te krijgen. Het is dan ook verstandig om goed te letten op de meest recente aanpassingen in de nationale wetgeving en eventueel daarop al te anticiperen. Gelet op de klimaatdoelen ligt het voor de hand dat we op nog meer regels moeten rekenen.

Over de auteurs

Gerelateerd nieuws

De toenemende druk op de grond in Nederland

Als je het mij vraagt staat Nederland al jarenlang bekend als dat kleine kikkerlandje waar geen vierkante meter onbenut blijft. Waar we ooit land wonnen op de zee, lijkt de ruimte ons nu langzaam door de vingers te glippen. Van woningbouw tot natuurherstel, van infrastructuur tot energietransitie – de strijd om de vierkante meter is hevig. Ruimtegebrek en grondhonger zijn termen die vandaag de dag heel actueel zijn.

Omgeving

Open normen: meer vrijheid met grenzen

Het opnemen van open normen in de planregels van het omgevingsplan biedt een goede mogelijkheid voor de gemeenteraad om globaal het ruimtelijk kader vast te leggen, zonder dat gelijk volledig duidelijk moet zijn hoe het plan (in detail) moet worden uitgewerkt. Daardoor kan in een vroege fase het kader vastgesteld worden, en kan dit kader later ingevuld worden. Maar, open normen kunnen voor minder rechtszekerheid zorgen. In deze blog leg ik uit aan welke eisen een open norm moet voldoen, en welke gevolgen daaraan zitten.

Omgeving

Voorrang voor woningzoekenden met maatschappelijke of economische binding

Wie krijgt er voorrang op de woningmarkt? Een hot item in deze verkiezingsperiode. Met de wijziging van de Huisvestingswet 2014 per 1 januari 2024, beschikken gemeenten over meer instrumenten om te sturen op de verdeling van woonruimte. De wet biedt onder meer de mogelijkheid om woningen met voorrang toe te wijzen aan woningzoekenden die een sociale of economische binding hebben met een woningmarktregio, de gemeente of een deel van de gemeente. Deze verruiming geeft gemeenten meer regie op de lokale woningmarkt.

Omgeving

Verkiezingsprogramma’s: bouwen, bouwen, bouwen?

De politieke partijen schreven ruim 1.600 pagina’s aan verkiezingsprogramma’s: genoeg om een lade van onze dossierkast te vullen. Maar als omgevingsjuristen van de toekomst zijn wij vooral benieuwd naar één thema: het versnellen van de woningbouw. Hoe willen de zes (vooralsnog) grootste partijen dat aanpakken en is dat wat ons betreft juridisch haalbaar?

Omgeving