Uit het onderzoek komt naar voren dat zowel burgers als beleidsmakers het belangrijk vinden dat mensen autonoom zijn in hun keuzes over sport en beweging. Mensen moeten dus vrij zijn om te kiezen. Tegelijkertijd delen zij het ook beeld dat er een verschil is tussen wat mensen willen en wat ze uiteindelijk doen en dat het voor mensen veel uitmaakt of andere mensen in hun omgeving veel bewegen en je dat samen kan doen.

Het autonome mensbeeld weegt zwaar in de voorkeuren voor beleid: de overheid wordt vooral een faciliterende rol toebedeeld, die vooral niet ‘betuttelend’ of dwingend moet zijn. Dat burgers deze voorkeur delen is positief voor de herkenbaarheid van het sport- en beweegbeleid. Tegelijkertijd schuilt er een risico in dit gedeelde mensbeeld. Deze consensus heeft er tot nu toe niet toe geleidt dat mensen voldoende zijn gaan bewegen en kan er voor zorgen dat beleidsoplossingen die op gespannen voet staan met het autonome mensbeeld worden gemist.

Welke opties heeft de overheid binnen het sport- en beweegbeleid?

De overheid kan allereerst mogelijkheden zoeken binnen het dominante mensbeeld, waarbij het beleid wordt versterkt met kleine stappen die op draagvlak kunnen rekenen, bijvoorbeeld door het actief maar vrijblijvend stimuleren van bewegen en/of sporten op het werk, of bewegen een grotere rol te laten spelen in het onderwijs.

Ook kan het onderliggende mensbeeld kan ter discussie worden gesteld. Want het blijkt voor veel mensen niet eenvoudig uit zichzelf voldoende te gaan bewegen, ook als ze dit zelf willen. Dat zou betekenen daadkrachtiger beleid te voeren, met het risico dat mensen dit betuttelend zullen vinden.

Aan een dominant mensbeeld is moeilijk te ontkomen zonder het bewust onder ogen te zien en in andere oplossingsrichtingen te denken. Dat geldt niet alleen voor sport- en beweegbeleid, maar ook voor andere vraagstukken waar het idee van een terughoudende, maar faciliterende overheid en een autonome en verantwoordelijke burger een grote rol speelt.

Voor meer verdieping PONT | Zorg & Sociaal , opent in nieuw tabblad

Gerelateerd nieuws

Uitstel wet loontransparantie: wat betekent dit voor uw organisatie?

De invoering van de Wet implementatie Richtlijn loontransparantie mannen en vrouwen laat langer op zich wachten dan gepland. Het oorspronkelijke tijdpad voor behandeling en inwerkingtreding blijkt niet haalbaar en de wetgever heeft aangegeven dat er meer tijd nodig is om de regels zorgvuldig uit te werken. De invoering in Nederland schuift daarmee op: waar Europa eist dat de regels uiterlijk 7 juni 2026 zijn ingevoerd, mikt de wetgever nu op een nationale inwerkingtreding per 1 januari 2027.

Volgende stap defensiewet vergroot spanning tussen veiligheid en privacy

De Wet op de defensiegereedheid (Wodg) is een stap dichter bij invoering gekomen. De ministerraad heeft ingestemd met het wetsvoorstel, dat Defensie meer ruimte moet geven om sneller en realistischer te oefenen en te opereren. De wet gaat nu voor advies naar de Raad van State, waarna behandeling volgt in de Tweede en Eerste Kamer.

Van tijgermug tot plantaardig dieet waarom gezondheid vraagt om een andere kijk op vooruitgang

Wat is de samenhang tussen de gezondheid van de planeet en die van de mens? Een kort antwoord: alles is met elkaar verbonden. Planetaire gezondheid onderzoekt wat die samenhang precies inhoudt.

Oproep aan nieuw kabinet: ontwikkel een integrale visie op vergrijzing

Het nieuwe kabinet moet met een integrale en toekomstbestendige visie op de vergrijzing komen. Dat is noodzakelijk omdat we aan de vooravond staan van een ingrijpende demografische verschuiving, waarbij het aandeel ouderen sterk groeit en de beroepsbevolking relatief krimpt. Dat legt een toenemende druk op zorg, wonen, arbeidsmarkt, sociale samenhang en publieke middelen. De huidige aanpak is versnipperd en te sterk afhankelijk van de zorgsector. Dat moet en kan anders, zo schrijft een brede maatschappelijke coalitie van onder andere zorgorganisaties en het bedrijfsleven in een visiestuk dat deze week naar de informateur is gestuurd.

Zorg & Sociaal