Het bredewelvaartsperspectief toegepast op isolatie onderzoekt niet alleen de bespaarde energie en de investeringskosten, maar neemt alle zaken mee die voor mensen van belang zijn. Zo kan isolatie leiden tot een hoger comfort in de woning en een betere gezondheid. Tegelijkertijd geldt dat werknemers die huizen isoleren op dat moment geen ander werk kunnen verrichten, en isolatie van woningen kan de biodiversiteit schaden bijvoorbeeld doordat het aantal nestplaatsen voor vleermuizen of zwaluwen daalt.

In de publicatie zetten de drie planbureaus uiteen dat ieder beleidsinstrument andere effecten teweeg kan brengen. Zo kan een subsidie voor woningisolatie ertoe leiden dat woningeigenaren met lagere inkomens minder profiteren dan eigenaren met hogere inkomens. Lagere inkomens profiteren wel van de regeling dat woningcorporaties huizen van zittende huurders isoleren zonder dat dit leidt tot huurverhoging. Het gekozen beleidsinstrument kan ook invloed hebben op hoe burgers naar de overheid kijken, want bij verduurzaming vinden veel burgers een eerlijke verdeling van de kosten en baten belangrijk.

Een aandachtspunt is dat de kwaliteit van de uitvoering van de isolatiemaatregelen belangrijk is voor het verwezenlijken van positieve bredewelvaartseffecten. Bij een lage kwaliteit van de uitvoering of onvoldoende aandacht voor hittewerende maatregelen kan de binnenmilieukwaliteit verslechteren of hitteproblematiek ontstaan. Ook de mate van energiebesparing is afhankelijk van de kwaliteit van de uitvoering. Aanvullende ventilatiemaatregelen kunnen bijvoorbeeld voorkomen dat bewoners vaker luchten via een open raam, wat de energiebesparing van de isolatie beperkt.

In deze studie kijken de drie planbureaus naar bredewelvaartseffecten van woningisolatie aan de hand van inzichten uit de literatuur over de effecten van woningisolatie. Deze publicatie is onderdeel van het gezamenlijk programma van de drie planbureaus om actief te informeren over de mogelijke effecten van belangrijke dossiers op de brede welvaart.

Het Nationaal Isolatieprogramma (NIP) is een van de overheidsplannen om binnen de gebouwde omgeving de energietransitie vorm te geven. Het is de bedoeling dat 2,5 miljoen woningen geïsoleerd worden tot en met 2030, en dan met name de 1,5 miljoen slechtst geïsoleerde woningen.

Bijlage

Bekijk hier het Rapport ‘woningisolatie breed gezien’.

Gerelateerd nieuws

Aarti Gupta over de risico's van solar radiation modification om het klimaat te ‘technofixen’

Aarti Gupta, professor Global Environmental Governance, heeft een kritische kijk op solar radiation modification (SRM). Door haar argumenten tegen het gebruik van SRM, laat ze ons nadenken over hoe we technologische oplossingen zien in de politieke keuzes rondom klimaatactie. Gupta houdt een sessie over dit onderwerp bij de Science Summit van de Verenigde Naties.

Klimaat

Gemeenten willen door met gebiedsgerichte aanpak

Tijdens het debat van de Kamercommissie LVVN op 4 september bleek dat de toekomst van het Nationaal Programma Landelijk Gebied ter discussie staat. Dit kan gevolgen hebben voor het werk van gemeenten, daarom wijzen we de Kamer op wat nog wél kan. Gemeenten zijn benieuwd naar de plannen van het nieuwe kabinet.

Omgeving

Staatssecretaris Jansen wil eerder besluit over eindberging radioactief afval

Het kabinet gaat in kaart brengen welke stappen moeten worden gezet om een besluit te nemen over de eindberging van radioactief afval. Dat besluit zou pas in 2100 genomen worden, maar het kabinet wil het naar voren halen. Dat schrijft staatssecretaris Chris Jansen (Openbaar Vervoer en Milieu) in een Kamerbrief in reactie op het rapport ‘Nu samen stappen maken’ van het Rathenau Instituut.

Klimaat

Warmtenetten: waar lukt het wel en waarom?

Terwijl bij de opwek van schone elektriciteit het ene record na het andere sneuvelt en inmiddels de helft duurzaam is, verloopt de omslag naar duurzame warmte stukken grilliger. Zeker, het gebruik van aardgas is de afgelopen jaren flink gedaald. Getriggerd door de torenhoge gasprijzen als gevolg van de Oekraïnecrisis verstoken we miljarden kuubs minder. Aanvankelijk kreeg ook de verkoop van warmtepompen een geweldige impuls. De verkoop steeg in 2023 tot 150.000 stuks, maar is inmiddels lelijk ingezakt. Veel ernstiger is de situatie bij de aanleg van warmtenetten: met jaarlijks een schrale 15.000 nieuwe aansluitingen (op grote netten) raakt de ambitie van 500.000 nieuwe aansluiting in 2030 ver buiten bereik. Krakend en piepend komen projecten in grote steden als Amsterdam, Den Haag en Utrecht tot stilstand. Er is reden te over om te somberen over aanhoudende onduidelijkheid rond de marktordening, stijgende (bouw)kosten, niet rond te breien businesscases, onkundige gemeenten en sceptische klanten. Toch lukt het links en rechts wel om projecten uitgevoerd te krijgen. Waar zit hem dat in?

Klimaat