Op dit moment ervaren veel mensen onzekerheid over hun werk en inkomen. Ze hebben onvoldoende grip op hun werk, bijvoorbeeld als het gaat om werktijden, inkomenszekerheid en talentontwikkeling. En dat terwijl deze tijd veel aanpassingsvermogen vraagt. De komende jaren zullen in veel sectoren bestaande banen verdwijnen en juist nieuwe verschijnen. De banen die blijven, zullen in veel gevallen van karakter veranderen. Ook daarom moeten we investeren in waardig werk. En daarin hebben zowel werknemers als werkgevers en de overheid iets in te doen.

Voor werkenden is het van belang om zich hun hele leven te blijven ontwikkelen. Dat is nodig om grip te houden op het werk. Het is ook van belang voor de arbeidsproductiviteit, de bedrijfsontwikkeling en het verdienvermogen. Het is belangrijk dat mensen zich kunnen aanpassen aan ontwikkelingen in de economie en op de arbeidsmarkt. Dat vraagt een proactieve houding. Als je pas in actie komt wanneer je huidige werk in de gevarenzone belandt, ben je te laat. Voorwaarde is dat mensen hun leven lang een beroep kunnen doen op publiek bekostigd onderwijs. Al kan dat leren en ontwikkelen ook informeel: op de werkvloer of in een combinatie van werken en leren.

Voor ondernemers is het essentieel om te investeren in een activerende, inclusieve arbeidsmarkt. Niet alleen omdat zij daar zelf profijt van hebben, maar ook omdat zij bijdragen aan een groter belang: zorgen dat alle mensen kunnen meekomen en zo bevorderen dat mensen ook een volgende baan kunnen vinden. Als alle werkgevers dat doen, heeft iedereen daar baat bij. Door medewerkers ontwikkelingskansen te bieden, dragen werkgevers bij aan een bredewelvaartseconomie met goede, zekere banen en minder ongelijkheid.

Voor de overheid is er de taak om te bevorderen dat transities rechtvaardig verlopen. De overheid kan de veranderingen die noodzakelijk zijn om tot waardig werk te komen, ondersteunen met regelgeving en stimuleren met subsidies en belastingen. Denk aan nieuwe rechten en plichten rond hybride werken, een leven lang ontwikkelen en ondersteuning bij mantelzorg. De overheid heeft ook de taak om de sociale dialoog aan te jagen. Bijvoorbeeld over vragen als welke sociale bescherming bij de arbeidsmarkt van de toekomst hoort en hoe recht kan worden gedaan aan groepen in kwetsbare posities.

De veranderingen die gaande zijn, bieden kansen, maar ook risico’s. Hoe kunnen we de autonomie van werkenden versterken, de kwaliteit van werk verbeteren en de arbeidsmarkt inclusiever maken? Hoe kunnen we op verantwoorde wijze met arbeidsmarktkrapte en arbeidsmigratie omgaan? Hoe komen we tot technologische en sociale innovaties en versterking van de arbeidsproductiviteit?

Deze uitdagingen vragen gezamenlijke actie, zelfs een gezamenlijk commitment. Alleen samen kunnen we de concurrentiekracht van bedrijven en het verdienvermogen van Nederland versterken. En vooral: een sterke en duurzame bredewelvaartseconomie opbouwen waarin de welvaart eerlijk wordt verdeeld en alle werk waardig werk is.

Over de auteurs

  • Kim Putters

    prof. dr. Kim Putters is voorzitter van de Sociaal-Economische Raad: "Kim Putters was van 2013 tot 2022 directeur van het Sociaal en Cultureel Planbureau (SCP). In die rol gaf hij leiding aan het SCP en adviseerde hij kabinet en parlement over de maatschappelijke vraagstukken van deze tijd, en duidde hij deze voor de bredere samenleving. Daarnaast is hij per 16 september 2022 benoemd als universiteitshoogleraar ‘Brede Welvaart’ aan Tilburg University voor één dag in de week. Tot 1 september 2022 was hij hoogleraar Beleid en Sturing van de Zorg in de Veranderende Verzorgingsstaat bij Erasmus School of Health Policy & Management, van de Erasmus Universiteit Rotterdam. Van 2008 tot 2013 was hij daar ook hoogleraar Management van zorginstellingen. Hij promoveerde op vraagstukken van beleid en bestuur in een publiek-private omgeving, zoals de zorg. Hij verrichte onderzoek naar innovaties, maatschappelijk ondernemerschap, wijk- en buurtgericht werken, en het bredere sociaal domein. Kim Putters ontving in 2024 de Comeniusprijs vanwege zijn vermogen om helder te duiden wat er gaande is in de samenleving en perspectief te bieden. In 2022 heeft de Open Universiteit Kim Putters een eredoctoraat toegekend vanwege de aansprekende wijze waarop hij wetenschappelijk onderbouwd, complexe maatschappelijke kwesties toegankelijk maakt voor een breed publiek. Kim Putters is sinds 2019 bestuurslid van het Nationaal Comité 4 en 5 mei, vanaf januari 2017 kroonlid van de Sociaal-Economische Raad (SER) en sinds oktober 2016 vice-voorzitter in het bestuur van het Oranje Fonds. Daarnaast is hij lid van de Raad van Advies van de Nationale Jeugdraad en van de Raad van Toezicht van Museum Catharijneconvent. Ook neemt hij deel aan enkele curatoria van leerstoelen op het terrein van sociaal-economische en culturele kwesties aan de Nederlandse universiteiten, en de Scientific Committee van de European Health Management Association. Als SCP-directeur was hij ook adviserend lid van de Wetenschappelijke Raad voor het Regeringsbeleid en lid van het curatorium van de Vereniging Nederlandse Gemeenten. Van 2003 tot 2013 was Putters lid van de Eerste Kamer en vanaf 2011 ook als Eerste Ondervoorzitter. Hij was tevens vice-fractievoorzitter van de PvdA-fractie in de Senaat. Van 2011 tot 2013 was hij eveneens voorzitter van de Nederlandse Eerste en Tweede Kamerleden in de Interparlementaire Unie (IPU). In de gemeente Hardinxveld-Giessendam was hij tussen 2002 tot 2012 gemeenteraadslid, fractievoorzitter en formateur. " Fotografie gemaakt door Jerry Lampen. sinds april 2022

Gerelateerd nieuws

Vergrijzing raakt alle generaties: tijd voor een brede aanpak

Ouderen moeten (en willen) langer zelfstandig thuis wonen, zo is het beleid van de overheid. Om dat ook daadwerkelijk te kunnen, zijn veel aanpassingen nodig, bijvoorbeeld in de wijken. In een nieuw advies van de Raad voor Volksgezondheid & Samenleving (RVS), met als titel Het Rimpeleffect, wordt gepleit voor een andere benadering van de vergrijzende maatschappij.

Zorg & Sociaal

Mentale gezondheid jongeren gaat achteruit, bij volwassenen stabiel

De mentale gezondheid van jongeren is achteruit gegaan. Dat blijkt uit het nieuwste kwartaalonderzoek (juni 2025) van het Netwerk Gezondheidsonderzoek bij Rampen. Zo voelden meer jongeren zich eenzaam, ervaarden ze meer stress en dachten meer jongeren serieus aan zelfdoding.

Zorg & Sociaal

Grote versnelling nodig tegen gebrekkige gegevensuitwisseling in de zorg

De gebrekkige gegevensuitwisseling in het Nederlandse zorgsysteem leidt tot onnodige zorg, vermijdbare medische fouten en soms zelfs tot blijvende schade voor patiënten. Dat stelt Patiëntenfederatie Nederland op basis van eigen onderzoek en gesprekken met patiënten en professionals. De federatie roept in aanloop naar de Tweede Kamerverkiezingen op tot grote versnelling om het probleem structureel op te lossen. “Goede zorg begint bij goede informatie,” zegt directeur-bestuurder Arthur Schellekens. “Zolang die informatie niet beschikbaar is waar en wanneer dat nodig is, verspillen we kostbare capaciteit en lopen patiënten onnodig risico.”

Zorg & Sociaal

‘Door elkaar echt te leren kennen, ontdek je dat ‘tegenwerking’ niet voortkomt uit onwil’

Ze zijn feitelijk met weinig, maar kosten de samenleving veel: jongeren die verblijven in residentiële jeugdzorg, bijna achttien jaar worden en waarvan niemand exact weet waar ze na hun 18e kunnen wonen en eventueel zorg kunnen krijgen. Met als gevolg dat een deel van hen verdwaald in de lokettenjungle en dak- of thuisloos wordt. Aan de twee implementatiecoördinatoren van de Landelijke Aanpak 16-27 vragen we daarom: hoe lukt het gemeenten wel deze groep jongeren te ondersteunen naar een duurzame woon- of zorgplek?

Zorg & Sociaal