De verduurzaming van Nederland stokt. Een belangrijke oorzaak is dat veel mensen het beleid oneerlijk vinden. Veel mensen en kleine bedrijven worden buitengesloten en de lusten en lasten van verduurzaming zijn oneerlijk verdeeld. Om de verduurzaming vlot te trekken, is eerlijker en rechtvaardiger beleid nodig. Eerlijk verduurzamen betekent dat iedereen mee kan doen en dat iedereen die mee kan doen, dat ook doet. Dit stelt de Raad voor de leefomgeving en infrastructuur (Rli) in zijn advies ‘Eerlijk verduurzamen: randvoorwaarden voor rechtvaardig beleid’ dat vandaag is aangeboden aan minister Sophie Hermans van Klimaat en Groene Groei (KGG) en staatssecretaris Participatie en Integratie Jurgen Nobel van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (SZW).

Verduurzamingsbeleid vergroot maatschappelijke ongelijkheid

Verduurzaming grijpt diep in de levens van mensen. Niet iedereen kan even goed meekomen met deze veranderingen. Overheidsbeleid zou iedereen in staat moeten stellen om mee te doen met verduurzaming. Dat is nu niet het geval. Veel mensen kunnen niet goed uit de voeten met onderdelen van het beleid, zoals subsidieregelingen en mogelijkheden om te lenen. Hierdoor lopen grote groepen mensen de voordelen van verduurzaming mis, vooral mensen in een kwetsbare maatschappelijke positie. Voor hen vormt verduurzaming zo een extra barrière om goed mee te komen in de maatschappij in plaats van dat het hen helpt. 

Vertraging raakt vooral mensen in een kwetsbare positie

Vertraging van verduurzaming raakt vooral mensen in een kwetsbare sociaal-economische positie. In het maatschappelijk debat worden verschillende maatregelen negatief beoordeeld omdat ze voor mensen met de laagste inkomens een te grote lastenverzwaring zouden betekenen. Dat is een vals argument. Juist zij hebben op de korte en lange termijn het meest te winnen bij verduurzaming, zoals een lagere energierekening en een groene wijk met schone lucht. 

Meerdere onrechtvaardigheden

Het huidige verduurzamingsbeleid leidt tot meerdere onrechtvaardigheden. Het zijn vooral mensen in een kwetsbare sociaal-economische positie die de meeste last ondervinden van duurzaamheidsproblemen zoals luchtvervuiling en klimaatverandering. Tegelijkertijd dragen zij het minst bij aan deze problemen omdat zij het minst consumeren. Ook wegen de (financiële) lasten van het huidige verduurzamingsbeleid voor hen het zwaarst. De mensen die het meest bijdragen aan duurzaamheidsproblemen – doorgaans kapitaalkrachtige mensen met een grote ecologische voetafdruk – krijgen juist relatief veel financiële steun van de overheid om te verduurzamen, terwijl ze nauwelijks geprikkeld worden hun levensstijl aan te passen. Dit leidt ertoe dat degene die al zuinig aan doet met energie de energierekening niet meer kan betalen, terwijl degene die veel energie verbruikt subsidie krijgt voor zonnepanelen. 

Zorg dat iedereen mee kan doen

Het is aan de overheid om mensen en bedrijven die dreigen achter te blijven in de verduurzaming, zo veel mogelijk te helpen. Dit vereist dat beleid beter aansluit bij hun leefwereld. Wij zien veel positieve resultaten als gemeenten wijkgericht werken en zij lokale initiatieven – zoals FIXbrigades – ruimte geven, stimuleren en benutten. Daarnaast doen beleidsmakers er goed aan om bij het ontwikkelen van verduurzamingsbeleid meer oog te hebben voor de grote diversiteit in de samenleving. Dit kan bijvoorbeeld door bij beleidsvorming te luisteren naar panels van burgers en kleine ondernemers. 

Zorg dat iedereen die mee kan doen, dat ook doet

Om mensen en bedrijven aan te zetten tot verduurzaming, zet veel overheidsbeleid in op verleiding en vrijblijvende prikkels. Dit leidt tot onvoldoende verduurzaming en bovendien tot meerdere onrechtvaardigheden. Het is tijd voor krachtigere instrumenten die duurzaamheid tot de standaard maken. Dit vereist normering, zoals het uitfaseren van vervuilende producten, variërend van pannen met PFAS tot auto’s met verbrandingsmotoren. Daarnaast adviseert de raad om vervuilende consumptie te belasten. Een interessante optie is een ‘duurzaamheidsheffing’ waarbij de opbrengsten aan burgers worden uitgekeerd als een generiek ‘duurzaamheidsdividend’. Hierdoor worden minder kapitaalkrachtige mensen niet onevenredig hard geraakt door de heffing. De raad roept de regering op om deze optie nader te verkennen. 

Ga naar advies: Eerlijk Verduurzamen

Download advies: Eerlijk Verduurzamen (pdf, 6Mb)

Gerelateerd nieuws

'De ecologische crisis is niets anders dan een obsessie met spullen'

Klaas van Egmond (1946) is hoogleraar Geowetenschappen (in het bijzonder Milieukunde en Duurzaamheid) aan de Universiteit Utrecht. In ruste? Bepaald niet. Van Egmond trekt onder meer ten strijde tegen de afspraak in het Verdrag van Maastricht (1992) om in het Europees financieel bestel de private banken aan te wijzen als geldscheppende instanties. Het richtinggevend vermogen van de overheid, met name wat betreft duurzaamheid, wordt daardoor uitgehold. Valt dat nog terug te draaien?

Klimaat

Topbestuurders zien AI als oplossing voor klimaatambities, niet als bedreiging

Topbestuurders zien Kunstmatige Intelligentie (AI) als belangrijk hulpmiddel voor het behalen van klimaatdoelen. Dat blijkt uit een wereldwijd onderzoek van KPMG onder ruim 1.200 CEO’s en bestuursvoorzitters in twintig landen. De meeste ondervraagde topbestuurders (87 procent) geven aan dat AI-toepassingen bijdragen aan het realiseren van net-zero-doelen. Hoewel slechts 30 procent van de organisaties op korte termijn prioriteit geeft aan het verbeteren van het energieverbruik door AI, is 96 procent ervan overtuigd dat er in de toekomst voldoende duurzame energie beschikbaar zal zijn om aan de energievraag van AI te voldoen.

Klimaatbeleid te duur? Niets doen kost meer

De afgelopen weken stuitte het Europese klimaatdoel op tegenwind. Eurocommissaris Wopke Hoekstra pleit voor een reductie van 90 procent CO2 in 2040, maar een aantal landen probeert de doelen af te zwakken. Daarmee bewegen steeds meer politici weg van het wetenschappelijk bewijs, dat aantoont dat 90-95 procent reductie nodig is om klimaatschade te beperken. Wie dat serieus neemt, beschouwt klimaatbeleid niet als een politieke voorkeur, maar als een noodzaak.

Klimaat

Internationaalrechtelijke verplichtingen van staten met betrekking tot klimaatverandering

Op 23 juli 2025 bracht het Internationaal Gerechtshof (‘het Hof’) haar advies uit over de internationaalrechtelijke verplichtingen van staten met betrekking tot klimaatverandering. Het advies gaat in op de inhoud van deze verplichtingen en de rechtsgevolgen van het niet nakomen ervan. In dit blog bespreken wij de belangrijkste aspecten van dit advies.

Omgeving