De grondslag van gedrag

De basisschoolperiode is een belangrijke fase in de ontwikkeling van kinderen. Tijdens deze vormende jaren leren kinderen niet alleen rekenen en taal, maar ook hoe ze zich moeten gedragen in sociale situaties en hoe ze conflicten moeten oplossen.

De basisschool is de eerste georganiseerde omgeving waarin kinderen sociale normen en waarden leren, essentiële sociale vaardigheden ontwikkelen en een basis leggen voor toekomstig gedrag. Het is dan ook niet vreemd dat op deze plek ook de eerste signalen en potentiële risico’s voor (later) delinquent gedrag zichtbaar zijn. Het basisonderwijs heeft daarmee een belangrijke rol in het vroegtijdig signaleren van risicogedrag en het aanpakken van mogelijke gedragsproblemen en onderliggende risicofactoren.

Door op jonge leeftijd te investeren in preventieve maatregelen, zoals het aanleren van sociale vaardigheden, kunnen basisscholen proactief bijdragen aan het bevorderen van empathie. Het creëren van een veilige en ondersteunende leeromgeving is een andere belangrijke stap die basisscholen kunnen nemen om toekomstig risicogedrag, waaronder jeugdcriminaliteit, te voorkomen.

Ondergeschoven kindje

Ondanks het belang van vroegsignalering en preventie van jeugdcriminaliteit, krijgt dit onderwerp momenteel nog vaak onvoldoende aandacht in het basisonderwijs. Dit begint soms al bij de onderkenning van het probleem. Jeugdcriminaliteit wordt gezien als iets wat zich op latere leeftijd manifesteert, waardoor de neiging kan bestaan om het belang ervan in de vroege stadia van de ontwikkeling te onderkennen.

De nadruk in het basisonderwijs ligt vaak primair op het behalen van academische doelen, zoals lezen, schrijven en rekenen. Hierdoor kan er minder aandacht zijn voor andere aspecten van de ontwikkeling van kinderen, zoals sociale en emotionele vaardigheden. Bovendien kampen we landelijk met een lerarentekort, met onderbezetting en een hoge werkdruk als gevolg.

Opgeteld blijft er hierdoor weinig ruimte voor het implementeren van preventieve programma’s gericht op sociale en emotionele ontwikkeling. Ook kan het gebrek aan middelen en training voor leraren hen belemmeren in het effectief omgaan met gedragsproblemen en het opmerken van risicovol gedrag bij leerlingen.

Bouwstenen voor bescherming

Om de positie van het basisonderwijs in de preventie en vroegsignalering van jeugdcriminaliteit te versterken zijn verschillende stappen nodig. Allereerst is er een grotere bewustwording en erkenning nodig van het belang van sociale en emotionele ontwikkeling binnen het onderwijs, zowel op beleidsniveau als binnen scholen zelf.

Het is essentieel dat wordt geïnvesteerd in training en professionalisering van leerkrachten, zodat zij in staat zijn om risicovol gedrag bij leerlingen te herkennen en hier adequaat op te reageren. Gemeenten spelen een belangrijke rol op het gebied van beleidsontwikkeling en coördinatie. Dit omvat onder andere het ondersteunen van scholen, het toewijzen van middelen en het samenbrengen van verschillende betrokken partners.

Het is cruciaal dat gemeenten een integrale benadering hanteren, waarbij ze samenwerken met alle relevante stakeholders, zoals scholen, ouders, jeugdzorg en maatschappelijke organisaties. Dit om een samenhangend netwerk van ondersteuning te bieden aan kinderen die risico lopen op problematisch gedrag of jeugdcriminaliteit.

Een voorbeeld hiervan is het oprichten van gezamenlijke case managementteams. Deze teams kunnen bestaan uit professionals uit verschillende disciplines die regelmatig samenkomen om casussen te bespreken, individuele behoeften te identificeren en gezamenlijke interventies te coördineren.

Tot slot kan een gemeente scholen ondersteunen bij het implementeren van effectieve strategieën om jeugdcriminaliteit preventief aan te pakken. Denk hierbij aan de inzet van programma’s die gericht zijn op het bevorderen van sociale en emotionele vaardigheden bij kinderen, zoals anti-pestprogramma’s en programma’s voor sociale vaardigheden. Door te investeren in preventieve programma’s kunnen basisscholen een belangrijke stap zetten in het voorkomen van problemen.

Het versterken van interdisciplinaire samenwerking en het vergroten van de kennis en vaardigheden van leerkrachten en ander schoolpersoneel zijn cruciale elementen om deze preventieve programma’s effectief te maken. Hierdoor kunnen basisscholen een krachtige rol spelen bij het creëren van een omgeving waarin alle kinderen de kans krijgen om op te groeien tot verantwoordelijke en respectvolle volwassenen.

Door gezamenlijke inspanningen kunnen we samen bouwen aan een toekomst waarin jeugdcriminaliteit wordt teruggedrongen en alle kinderen de kans krijgen om hun volledige potentieel te bereiken.

Over de auteurs

  • Janneke van Esch

    Janneke van Esch is data-analist en adviseur bij TransitiePartners. Als data-analist met een achtergrond als gedragswetenschapper probeert zij een brug te slaan tussen de kwalitatieve inhoud en (de mogelijkheden van) kwantitatieve data in het Sociaal Domein. Door goed door te vragen en kritisch te kijken naar de wensen van de opdrachtgevers en de mogelijkheden van data weet ik op een passende wijze aan te sluiten bij datgene wat écht nodig is om tot verbetering te komen.

Gerelateerd nieuws

SCP: overheid, verwacht niet teveel van zelfredzaamheid en participatie van ouderen

Veel ouderen doen volop mee aan de samenleving. Ze zetten in op hun zelfstandigheid en gezondheid, doen vrijwilligerswerk, zorgen voor (klein)kinderen en sluiten aan bij ouderengroepen voor sociaal contact. Uit het onderzoek Doe je mee?! – Perspectieven op 'zinvolle' participatie van het Sociaal en Cultureel Planbureau (SCP) blijkt dat beleid uit moet gaan van realistische verwachtingen als het gaat over het stimuleren van ouderen om langer zelfstandig te blijven en mee te doen aan de samenleving. Het is belangrijk rekening te houden met het feit dat ouder worden niet volledig maakbaar is en dat er grenzen zitten aan meedoen.

Zorg & Sociaal

Meer diversiteit op de werkvloer is geen garantie voor echte inclusie

Het Sociaal en Cultureel Planbureau (SCP) stelt in een recent rapport dat meer diversiteit op de werkvloer niet automatisch leidt tot daadwerkelijke inclusie binnen organisaties. Het rapport wijst erop dat hoewel steeds meer bedrijven investeren in diversiteitsinitiatieven, zoals het aannemen van mensen met verschillende achtergronden, dit vaak onvoldoende blijkt voor een cultuur waarin iedereen zich werkelijk gezien en gewaardeerd voelt.

Advies: zet wetsvoorstel ‘Toezicht informeel onderwijs’ niet door

Het College voor de Rechten van de Mens heeft advies uitgebracht op het wetsvoorstel Toezicht informeel onderwijs. Dit voorstel heeft als doel om door toezicht en sancties voor zogeheten ‘informeel onderwijs’ op te kunnen treden tegen instellingen of mensen die minderjarigen aanzetten tot haat, geweld en/of discriminatie. Het advies is het wetsvoorstel niet door te zetten.

Zorg & Sociaal

Waarom onze verzorgingsstaat kwetsbare mensen soms niet bereikt

Gezondheidsverschillen tussen mensen met lage en hoge inkomens zijn gemiddeld erg groot, vooral in landen met een uitgebreide verzorgingsstaat zoals Nederland. Promovendus Janna Goijaerts onderzocht hoe de organisatie van de verzorgingsstaat de gezondheid van kwetsbare mensen beïnvloedt.

Zorg & Sociaal