"In Europa beschermt de AVG de grondrechten van mensen, door te eisen dat bedrijven en overheden zorgvuldig met persoonsgegevens omgaan" zegt AP-voorzitter Aleid Wolfsen. Maar buiten Europa is dat helaas niet vanzelfsprekend. Denk aan overheden die op grote schaal data kunnen aftappen." 

"Daarom zijn bedrijven meestal verplicht extra maatregelen te nemen als zij persoonsgegevens van Europeanen buiten de Europese Unie opslaan. Uber heeft het in de AVG vereiste niveau van bescherming voor chauffeurs niet gewaarborgd voor de doorgifte van gegevens naar de VS. Dat is zeer ernstig."

Gevoelige gegevens

Uber verzamelde onder meer gevoelige informatie van chauffeurs uit Europa en bewaarde die op servers in de VS. Het gaat om accountgegevens en taxilicenties, maar ook om locatiegegevens, foto’s, betaalgegevens, identiteitsbewijzen en in sommige gevallen zelfs strafrechtelijke gegevens en medische gegevens van chauffeurs.

Uber heeft die gegevens ruim 2 jaar lang doorgegeven naar het hoofdkantoor van Uber in de VS, zonder gebruik te maken van een doorgifte-instrument. Daardoor was de bescherming van persoonsgegevens niet goed genoeg. 

Het Hof van Justitie van de EU heeft het EU-VS Privacy Shield in 2020 ongeldig verklaard. Volgens het Hof konden modelcontracten nog wel een geldige grondslag bieden voor doorgifte van gegevens naar landen buiten de EU. Maar alleen als een gelijkwaardig beschermingsniveau in de praktijk kon worden gewaarborgd. 

Omdat Uber vanaf augustus 2021 geen modelcontract meer heeft gebruikt, waren de gegevens van chauffeurs uit de EU volgens de AP onvoldoende beschermd. Uber maakt sinds eind vorig jaar gebruik van de opvolger van het Privacy Shield.

Klachten van chauffeurs

De AP is een onderzoek gestart naar Uber nadat meer dan 170 Franse chauffeurs een klacht indienden bij de Ligue des droits de l’Homme (LDH), een Franse belangenorganisatie op het gebied van mensenrechten. LDH diende vervolgens een klacht in bij de Franse privacytoezichthouder.

De AVG regelt dat bedrijven die gegevens in verschillende EU-landen verwerken, met één privacytoezichthouder te maken hebben: die in het land waar het bedrijf is gevestigd. Het Europese hoofdkantoor van Uber zit in Nederland. Tijdens het onderzoek heeft de AP nauw samengewerkt met de Franse toezichthouder en het boetebesluit afgestemd met andere Europese toezichthouders.

Boete voor Uber

Alle privacytoezichthouders in Europa berekenen op dezelfde manier de hoogte van boetes voor bedrijven. Die boetes bedragen maximaal 4% van de wereldwijde jaaromzet van een bedrijf. Uber had in 2023 een wereldwijde omzet van zo’n 34,5 miljard euro. Uber heeft aangekondigd bezwaar tegen de boete te zullen aantekenen.

Dit is de derde boete die de AP oplegt aan Uber. In 2018 legde de AP Uber een boete op van 600.000 euro en in 2023 een boete van 10 miljoen euro. Uber heeft tegen die laatste boete bezwaar gemaakt.

Gerelateerd nieuws

Digitalisering en AI: wat zijn de kansen en risico's?

Digitalisering en kunstmatige intelligentie (AI) veranderen de bouw ingrijpend. Wat kun je ermee in je eigen organisatie, welke risico's moet je in het oog houden en hoe krijg je medewerkers mee? We spreken met Patrick van Dongen van Bouwbedrijf Maas-Jacobs, strategisch AI-marketeer Bert Schonewille en 'baaningenieur' Luc Dorenbosch over de inzichten uit onderzoek en praktijk.

Omgeving

Nieuwe Defensiewet: klaar voor de strijd, maar tegen welke prijs?

De geopolitieke spanning aan de grenzen van Europa neemt toe. Sinds de Russische inval in Oekraïne is veiligheid geen abstract begrip meer, maar een concrete opgave. Binnen Nederland groeit het besef dat de krijgsmacht beter voorbereid moet zijn op crisissituaties en militaire dreiging. Met de Wet op de defensiegereedheid (Wodg) wil het kabinet Defensie in staat stellen sneller te schakelen van vredesorganisatie naar krijgsmacht die direct inzetbaar is bij grootschalige operaties.

De grens tussen hulpmiddel en AI in besluitvorming

Steeds vaker duikt kunstmatige intelligentie (AI) op in bestuurlijke besluitvorming, van vergunningsaanvragen tot asielprocedures. De vraag is dan wanneer een digitaal hulpmiddel als AI wordt beschouwd. En welke verantwoordelijkheden daaruit volgen voor transparantie, toetsing en documentatie.

Europese waakhond: ‘AI‑systemen bedreigen grondrechten, menselijk toezicht onvoldoende’

De Europese grondrechtenwaakhond FRA (European Union Agency for Fundamental Rights) waarschuwt in een vorige week verschenen rapport dat organisaties slecht zijn voorbereid op het beoordelen en beperken van grondrechtenrisico’s bij het gebruik van hoog‑risico‑AI. Volgens de FRA dreigt daardoor een kloof tussen de ambities van de AI Act en de dagelijkse praktijk bij ontwikkelaars en gebruikers van AI‑systemen in onder meer asiel, onderwijs, werk, politie en sociale zekerheid. Die kloof raakt direct aan de manier waarop mensen en AI in de samenleving samen optrekken: als de menselijke kant van die samenwerking – kennis, reflectie en kritisch vermogen – tekortschiet, verliest AI haar grond voor vertrouwen.