De Woo is van belang voor iedereen: burgers, journalisten, Kamerleden en anderen die inzicht willen in het functioneren van de overheid. Door openheid te bieden over overheidsbesluiten en beleid, wil de wet het vertrouwen tussen de samenleving en de overheid versterken. Meer transparantie moet burgers helpen om de overheid beter te controleren en de achtergronden van bepaalde beleidskeuzes beter te begrijpen.

Een belangrijk verschil met de Wob is de nadruk op actieve openbaarmaking. De overheid is nu verplicht om bepaalde informatiecategorieën uit eigen beweging openbaar te maken, zonder dat daarvoor een verzoek hoeft te worden ingediend. Dit betekent dat overheidsinstanties proactief informatie moeten delen die van belang is voor het publiek.

Vanaf 1 november zijn er vijf soorten informatie die verplicht te vinden zijn via de Woo-index, een centrale vindplaats voor overheidsinformatie. Deze categorieën zijn:

  • Wetten en andere algemeen verbindende voorschriften.

  • Overige besluiten van algemene strekking.

  • Informatie over organisatie en werkwijze.

  • Bereikbaarheidsgegevens.

  • Vergaderstukken en -verslagen van de Staten-Generaal.

Daarnaast heeft de overheid de plicht om zich in te spannen om ook andere relevante informatie actief openbaar te maken, zelfs als deze niet onder de verplichte categorieën valt.

De Woo wordt de komende jaren in drie extra fasen uitgebreid, waarin stapsgewijs complexere categorieën, zoals beschikkingen, aan de Woo-index worden toegevoegd.

Naast de actieve openbaarmakingsplicht blijft de mogelijkheid bestaan om informatie op verzoek te verkrijgen. Burgers kunnen nog steeds een Woo-verzoek indienen om specifieke informatie op te vragen.

Met de Woo zet Nederland een belangrijke stap richting een transparantere overheid. Door de actieve openbaarmaking van informatie en verbeterde procedures voor informatieverzoeken wordt het voor burgers makkelijker om de overheid te controleren en een actieve rol in de democratie te spelen.

Kritiek op de Woo

Ondanks de ambities achter de Wet open overheid, klinkt er ook kritiek. Zo wordt de trage afhandeling van Woo-verzoeken vaak bekritiseerd. Hoewel de wet een termijn van 42 dagen voorschrijft, duurt het in de praktijk vaak langer voordat een besluit wordt genomen. Dit blijkt uit onderzoek van de Open State Foundation, het Instituut Maatschappelijke Innovatie en de Universiteit van Amsterdam.

Journalist en Woo-deskundige Tim Staal wijst erop dat dit deels te maken heeft met een gebrek aan bestuurlijke wil en prioriteit. Volgens Serv Wiemers, directeur van de Open State Foundation, heerst er binnen sommige ministeries bovendien een mentaliteit waarbij Woo-verzoeken als een last worden gezien. Ineke van Gent, voorzitter van het Adviescollege Openbaarheid en Informatiehuishouding (ACOI), stelt dat sommige ministeries zelfs proberen om Woo-procedures onnodig te compliceren om zo informatieverstrekking te vermijden.

Verder bestaan er zorgen over een mogelijke nieuwe uitzonderingsgrond voor documenten van ‘beperkt bestuurlijk belang’. Dit voedt de vrees dat overheidsinstanties zelf gaan bepalen welke informatie relevant is en welke niet, wat ten koste kan gaan van de beoogde transparantie.

De Woo markeert een belangrijke stap richting meer transparantie en betrokkenheid van burgers bij de overheid. Hoewel de wet veelbelovend is voor openheid en controle, tonen kritische geluiden dat er nog hindernissen zijn in de uitvoering en afhandeling van Woo-verzoeken. Om het vertrouwen van de samenleving echt te versterken, zal het cruciaal zijn dat de overheid deze uitdagingen serieus aanpakt.

Gerelateerd nieuws

Bedrijven op scherp: helft vreest impact van klimaat-, cyber- en geopolitieke risico

Een nieuw onderzoek van Rabobank toont aan dat Nederlandse bedrijven zich steeds meer bewust zijn van de groeiende risico’s die hun bedrijfsvoering kunnen beïnvloeden. De helft van de ondervraagde bedrijven verwacht aanzienlijke impact te ondervinden van klimaat-, cyber-, geopolitieke en sociale risico’s. Om deze risico’s te beheersen, heeft 82 procent van de bedrijven al een of meer voorzorgsmaatregelen genomen.

Leiderschap in tijden van geopolitieke onrust

“Wat doe je?”, vroeg ik verontrust. “Ik zit in het oog van de orkaan”, antwoordde de directeur vanachter zijn bureau, een grote sigaar tussen rechterwijs- en middelvinger geklemd, terwijl hij kringeltjes rook de lucht in blies. Mijn vraag was meer gericht op het onmiddellijke brandgevaar, los van het feit dat roken al vrij lang niet meer wordt toegestaan in de openbare ruimte. Het antwoord ging duidelijk over het grotere plaatje, en het excentrieke gedrag interpreteerde ik als ondersteunend aan de visionair bedoelde uitspraak. Er volgde een monoloog over alle krachten waaraan de organisatie en daarmee hijzelf persoonlijk blootstond. En toegegeven: dat was nogal wat. Op een cruciale borgende plek in de keten van voedselveiligheid kon één verkeerde inschatting fataal zijn voor een groot deel van de Nederlandse bevolking, al was enige overdrijving mijn gesprekspartner niet vreemd.

Het UBO-register voor Wwft-instellingen: van 2024 op naar 2025

Het UBO-register zit alweer twee jaar op slot, alleen de bewoner zelf heeft inmiddels weer toegang gekregen. In deze bijdrage worden de laatste vorderingen besproken die in 2024 zijn en in 2025 worden ondernomen om het UBO-register mondjesmaat weer toegankelijk te maken voor instellingen in de zin van de Wet ter voorkoming van witwassen en financieren van terrorisme (Wwft-instellingen).

Gebrek aan consultatie bij asielwetgeving schaadt rechtsstaat

Het College voor de Rechten van de Mens maakt zich in een brief aan minister Faber zorgen over het gebrek aan publieke consultatie bij nieuwe asielwetgeving. De voorstellen hebben grote gevolgen voor de mensenrechten van mensen in kwetsbare situaties zoals asielzoekers en statushouders.