Aan het onderwerp ‘werkgebonden personenmobiliteit’ hebben wij eerder uitgebreid aandacht besteed. De wens van de regering om het woon-werkverkeer en het zakelijk verkeer van werknemers te verduurzamen, zo hebben wij in een eerder blogbericht toegelicht, bestaat vanwege de Europese Klimaatwet, de Green Deal, het Klimaatakkoord en de Klimaatwet.

Op 28 november 2023 is het besluit gepubliceerd dat strekt tot wijziging van het Besluit activiteiten leefomgeving en het Omgevingsbesluit in verband met het beperken van emissies van kooldioxide door werkgebonden personenmobiliteit (Stb. 2023, 472). In hoofdstuk 18 van het Besluit activiteiten leefomgeving worden deze regels voor ‘werkgebonden personenmobiliteit’ opgenomen. Op www.overheid.nl zijn de bepalingen nu (nog) niet te vinden.

Woon-werkmobiliteit en zakelijke mobiliteit worden daarin aangewezen als milieubelastende activiteit en het besluit stelt daarover regels. Doelstelling is om het aantal autokilometers in 2030 met 8 miljard te verminderen ten opzichte van 2016 om daarmee een reductie te bereiken van ten minste 1 megaton aan CO2, waarbij voor woon-werkmobiliteit een reductiedoel geldt van 860 kiloton en voor zakelijke mobiliteit 140 kiloton.

De belangrijkste verplichting op korte termijn (met ingang van 1 juli 2024) is dat ondernemingen met meer dan honderd werknemers jaarlijks gegevens moeten aanleveren aan het bevoegd gezag via een elektronische voorziening die de Minister van IenW ter beschikking stelt. De eerste rapportage moet op uiterlijk 30 juni 2025 worden ingediend en ziet op de periode 1 juli 2024 t/m 31 december 2024. Op langere termijn (met ingang van 1 januari 2030) geldt mogelijk de verplichting dat de CO2-emissie van zakelijke mobiliteit niet meer dan 96 gram per reizigerskilometer mag bedragen.

Over de auteurs

  • Valérie van 't Lam

    Valérie van 't Lam is advocaat bij Stibbe, gespecialiseerd in het bestuursrecht.

  • Jan Reinier van Angeren

    Jan Reinier van Angeren is advocaat/partner bij Stibbe en is gespecialiseerd in bestuursrecht.

Gerelateerd nieuws

Het landelijk gebied omvat veel meer dan landbouw

Ambtenaren van het ministerie van Landbouw waarschuwden Wiersma in juli al voor de grote consequenties van het schrappen van het Nationaal Programma Landelijk Gebied (NPLG) (NRC, 16 oktober 2024). De aandacht van minister Wiersma voor de landbouw is terecht, maar er speelt veel meer in het landelijk gebied. Natuur, landschap, water, bodem en leefbaarheid staan onder druk. Daarbij komt de vraag om extra ruimte voor militaire oefenterreinen, wonen, opwek van duurzame energie, bos, infrastructuur, drinkwater etc. Alle opgaven komen uiteindelijk samen in een gebied en liggen daarmee op het bordje van de plattelandsgemeenten. Nu minister Wiersma het NPLG en het transitiefonds heeft geschrapt, staan die voor een onmogelijke opgave.

Omgeving

Eerste sectordeal netcongestie tussen Rijk, waterschappen en netbeheerders

Minister Hermans van Klimaat en Groene Groei ondertekende op dinsdag 5 november de eerste sectordeal netcongestie met waterschappen en netbeheerders. Ze maken hiermee afspraken om te zorgen dat zowel waterschappen als netbeheerders hun werk kunnen blijven uitvoeren, ondanks een groeiende elektriciteitsvraag. De waterschappen hebben steeds meer energie, netaansluitingen en transportcapaciteit nodig voor het drooghouden van Nederland en het zuiveren van rioolwater. Netbeheerders kampen met beperkingen door netcongestie. Met de gemaakte afspraken zetten zij beiden stappen om tot oplossingen te komen.

Klimaat

Opsplitsing van een gemeente: 'lessons learned'

De opgaven van lokale en regionale overheden zijn complex en veelal bovenlokaal. Dit vraagt om krachtige bestuurlijke organisaties die weten hoe zij, alleen of samen, zo goed mogelijk invulling geven aan die opgaven.

Omgeving

Voorrangsregels in het omgevingsplan: een vergeten kans voor gemeenten en ontwikkelaars?

Inmiddels is de Omgevingswet al geruime tijd in werking. Veel gemeenten probeerden voor de overgang naar de Omgevingswet nog zoveel mogelijk bestemmingsplannen ter inzage te leggen, zodat die onder het oude vertrouwde regime zouden vallen. Voor nieuwe ontwikkelingen zal er daarentegen toch echt gekeken moeten worden naar de Omgevingswet. Een groot probleem waar gemeenten en ontwikkelaars daarbij tegenaan lopen is dat het lastig is om de oude bestemmingsplannen – die van rechtswege deel uitmaken van het Omgevingsplan – te wijzigen. In deze blog heeft Mink Oude Breuil aandacht besteed aan de mogelijkheden hoe dit tóch kan.

Omgeving