Wat er al geprobeerd is en waarom dat niet lukte

Het eerste 'antwoord' op deze crisis was de introductie van de marktwerking in 2006, een model dat in het buitenland al aantoonbaar inefficiënt was gebleken. Het resulteerde ook hier in perverse prikkels, toenemende bureaucratie, en een verslechtering van de toegang tot zorg voor minder 'aantrekkelijke' patiënten. Deze benadering leidde niet tot betere ggz door concurrentie, maar tot een enorme versnippering en commerciële ‘verproducting’ van ggz.

Vervolgens kwam in 2011 de Stichting Benchmark ggz. Het (megalomane) idee was dat door het meten van 'resultaten' met behulp van een gestandaardiseerd systeem, zorgverzekeraars op kwaliteit konden inkopen. Het eindigde in een datakerkhof waar niemand iets mee kon en bleek te berusten op grootschalige schending van de privacy. Het project kostte ongeveer 100 miljoen euro. Op een rustige zondag in augustus 2019 werd de stekker er stilletjes uit getrokken, zonder enige poging tot reflectie achteraf.

Het laatste dreigende beleidsdebacle in de ggz, anno 2023, is de introductie, in het kader van IZA, van het "Verkennende Gesprek" als een vermeende evidence-based oplossing voor wachtlijsten. Dit concept steunt op een experiment in de ggz-instelling Breburg waar, naar beweerd wordt, een kwart van de ggz-patiënten werd afgeleid naar andere diensten. De uitkomsten van dit experiment zijn echter ongepubliceerd en niet peer-reviewed, waardoor het effect ervan neerkomt op niets meer dan geruchten. Desondanks staat men op het punt honderden miljoenen te investeren in het trainen van ggz-professionals in deze technische ‘wachtlijstreductietechniek’. Ironisch genoeg lijkt het werkelijke effect van het Breburg-experiment eerder te wijten aan nieuwe instructies aan professionals om patiënten buiten de ggz om te leiden, dan aan het Verkennende Gesprek zelf. Vroeger werd immers iedereen die werd aangemeld behandeld, want alleen zo kon men jaar in jaar uit de productie halen. Waarom investeren we niet beter in meer herstelacademies, welzijn op recept, en andere niet-medicaliserende benaderingen, in plaats van ggz-professionals te trainen om patiënten weg te sturen? Er heerst een terechte angst dat deze top-down strategie van beleidsmakers, ver verwijderd van de complexiteit van psychisch lijden, uitdraait op een nieuw fiasco.

Waarom falen veranderprojecten in de ggz?

In de publieke sector zien we vaak dat goede bedoelingen en ambitieuze projecten stranden. Of het nu gaat om de woningmarkt, de energietransitie, of de ggz, het patroon lijkt zich te herhalen: er wordt geschreven, vergaderd, en geld uitgegeven, maar de echte verandering blijft uit. Dit fenomeen kan deels verklaard worden door wat veranderkundigen hebben geobserveerd en kan worden samengevat in vier klassieke belemmeringen:

  1. Implementatieillusie: Dit is het fenomeen waarbij beleidsmakers aannemen dat beleidsvoorstellen lineair kunnen worden omgezet in praktische resultaten zonder rekening te houden met de complexiteit van implementatieprocessen en de complexiteit van het onderwerp.

  2. Risicoparadox: Dit beschrijft de situatie waarin pogingen om risico's te vermijden juist leiden tot grotere risico's of falen, omdat innovatieve oplossingen worden vermeden.

  3. Gebrek aan verbeeldingskracht: Veel mislukkingen in de publieke sector zijn te wijten aan een tekort aan creativiteit en openheid voor geheel nieuwe benaderingen.

  4. Innovatieval: Innovaties die niet binnen de bestaande structuren en verwachtingen passen, worden vaak niet erkend of zijn gedoemd te mislukken door gebrek aan ondersteuning.

  5. In de initiatieven van Marktwerking, Stichting Benchmark ggz en IZA-ggz zijn deze vier belemmeringen levensgroot aanwezig. Dus hoe komen we tot een echte oplossing die hier van gevrijwaard blijft?

    Redefiniëring van ggz: Een ecosysteembenadering voor psychisch welzijn

    In een wereld waar een jaarprevalentie van significant psychisch lijden op 25% ligt, terwijl de geestelijke gezondheidszorg (ggz) slechts een capaciteit van 9% heeft, is het duidelijk dat we voor een complex dilemma staan. De huidige ggz-structuur is niet toereikend om aan de groeiende behoefte aan psychische zorg te voldoen. Dit roept om een fundamentele verschuiving in onze benadering van geestelijke gezondheid en psychisch lijden.

    De noodzaak voor epistemisch pluralisme

    De oplossing voor de tekortkomingen in de ggz ligt niet in het simpelweg uitbreiden van de huidige diensten, of het opwerpen van drempels, maar in het erkennen en omarmen van meerdere perspectieven op psychisch lijden. Epistemisch pluralisme, het erkennen dat er meerdere geldige manieren zijn om psychische problemen te benaderen en te behandelen, moet de nieuwe norm worden. Dit vereist een fundamentele verandering in hoe zowel zorgverleners als de populatie denken over behandeling en herstel.

    Het ecosysteem van geestelijke gezondheidszorg

    De geestelijke gezondheidszorg van de toekomst kan worden gezien als een ecosysteem van sterk samenwerkende entiteiten en benaderingen. Dit ecosysteem omvat niet alleen ggz maar ook zelfregiecentra, herstelacademies, informele hulpbronnen zoals buurthuizen en kerken, sociaal domein en welzijn op recept, VG, verslavingszorg, complementaire benaderingen en hulp vanuit poh-ggz en cultuursensitieve initiatieven. Ook digitale eCommunities zoals PsychoseNet.nl en Proud2bme.nl spelen een belangrijke rol in dit netwerk door online ondersteuning, behandeling en informatie te bieden.

    Gelijkwaardigheid binnen het ecosysteem

    Elke benadering binnen dit ecosysteem heeft zijn eigen waarde en dient als een belangrijke component in de totale zorg voor de cliënt. Er is geen 'beste' manier; elke methode biedt unieke voordelen die kunnen resoneren met de behoeften en voorkeuren van verschillende individuen, of van hetzelfde individu over de tijd. Het herkennen en waarderen van deze diversiteit in zorgopties is cruciaal voor het ontwikkelen van een meer inclusieve en effectieve ggz.

    Veranderende rol van ggz-professionals

    In dit nieuwe model verschuift de rol van ggz-professionals van traditionele behandelaars naar facilitatoren van een breder zorgnetwerk. Dit houdt in dat zij veel meer groepsbehandelingen gaan toepassen en superviseren, waarmee de behandelcapaciteit fors wordt uitgebreid, en consultatieve ondersteuning bieden binnen het ecosysteem, in plaats van te fungeren als de primaire zorgverleners. Deze aanpak maakt een veel efficiënter gebruik van de beschikbare middelen mogelijk en zorgt ervoor dat zorg op maat geleverd kan worden.

    Implementatie van het GEM social trial

    Het GEM (Ecosysteem Mentale Gezondheid) social trial (1) illustreert hoe een dergelijk ecosysteem effectief kan functioneren. Dit model bevordert hechte, waardengedreven samenwerking en onderlinge waardering tussen verschillende zorgaanbieders en benadrukt het belang van herstelondersteunende gesprekken. Deze gesprekken helpen individuen te navigeren door de diverse opties in het Ecosysteem en ondersteunen hen in het maken van geïnformeerde keuzes over hun behandeling en herstel.

    Uitdagingen en toekomstvisie

    De dominante, medicaliserende ‘evidencebased’ manier van kijken naar psychisch lijden vraagt om een cultuurinterventie. Het verbeteren van communicatie en waardengedreven samenwerking binnen het ecosysteem, op basis van epistemisch pluralisme en gelijkwaardigheid, is essentieel. Daarnaast moeten zelfregiecentra/herstelacademies worden opgeschaald en moeten eCommunities en het sociale domein worden versterkt.

    De transformatie van de ggz naar een ecosysteemmodel is geen eenvoudige taak. Het vereist een paradigmaverschuiving in zowel beleid als praktijk. Maar door de focus te leggen op waardengerichte samenwerking en cultuurverandering is echte transformatie mogelijk.

    1. https://www.psychosenet.nl/gem/

Over de auteurs

  • Jim van Os

    Jim van Os is hoogleraar Psychiatrie en Voorzitter Divisie Hersenen bij UMC Utrecht.

Gerelateerd nieuws

Steeds meer aandacht in de zorg voor stoppen met roken en tegen overgewicht, maar het kan nog beter

Huisartsen, praktijkondersteuners en ziekenhuizen helpen mensen steeds vaker en beter bij stoppen met roken en tegen overgewicht. Dat doen ze samen met andere organisaties in de zorg en met lokale organisaties. Maar het kan nog beter. Niet iedereen krijgt de ondersteuning die nodig is om gezonder te leven. Er is meer aandacht voor kwetsbare mensen nodig. Daarvoor moeten zorgverleners ook beter zicht krijgen op wat er allemaal aan aanbod in hun regio is. Nog meer samenwerking tussen alle organisaties is daarvoor nodig.

Zorg & Sociaal

Jeugdhulp voor het gewone leven?

Op 26 april verschenen de CBS cijfers voor de jeugdhulp over 2022. Hieruit valt op te maken dat ongeveer tien procent van de jongeren in Nederland jeugdhulp ontvangt, een stijging van 2,2 procent ten opzichte van het jaar daarvoor. In totaal gaat 94 procent van de jeugdhulp naar ‘lichte gevallen’. Wat zegt dat over de organisatie van de jeugdhulp in Nederland?

Zorg & Sociaal

Verkennend gesprek: een goed idee maar vooral een gemiste kans

Iedereen moet aan het verkennend gesprek (VkG)! Het succes van het concept blijkt uit de recent verworven betalingstitel van dit ggz intakegesprek. Dit is een zege maar eigenlijk een ramp. De financiering van experimenteerruimte was noodzakelijk geworden, maar de standaardisatie komt te vroeg. Op verschillende plaatsen zijn immers groepen mensen nog steeds bezig met de analyse hoe een VkG in de praktijk kan bijdragen aan duurzame zorg. En nu wordt het gestandaardiseerd en in beton vastgelegd. Innovatie wordt gefnuikt vóór de mogelijkheden uitputtend verkend waren.

Zorg & Sociaal

Industrieën moeten ambitieuzer zijn in bescherming gezondheid omwonenden

Industrieën tonen zich nog weinig ambitieus om de gezondheid van omwonenden te beschermen en de blootstelling aan schadelijke stoffen te verkleinen. Zij weten goed welke uitstoot zij veroorzaken, maar hebben niet altijd oog voor het effect van deze uitstoot op de omwonenden. Dit blijkt uit de opvolging van de aanbevelingen uit het rapport Industrie en Omwonenden van de Onderzoeksraad voor Veiligheid. De Onderzoeksraad heeft bekeken wat de industrie en overheden tot nu toe hebben gedaan met de aanbevelingen uit het rapport van april 2023.

Omgeving