Planten en bomen nemen tijdens hun groei CO2 op uit de atmosfeer. Die C, van koolstof, blijft opgeslagen totdat het materiaal weer wordt afgebroken tot CO2. Dus ook wanneer de plant of boom gebruikt wordt als bijvoorbeeld een balk of een isolatieplaat in een huis. Dat kan vele decennia duren en in die tijd kunnen we oplossingen ontwikkelen voor CO2-uitstoot. “Dus niet om het uitstootprobleem af te wentelen op de toekomstige generaties”, benadrukt Van den Oever. “Het geeft alleen meer tijd om ondertussen oplossingen te ontwikkelen om de uitstoot terug te dringen of methodes om CO2 uit de lucht te halen. En die tijd kunnen we goed gebruiken, want we zijn nog ver verwijderd van netto nul CO2-uitstoot.”

Waarderingsformule voor langdurige opslag van biogene koolstof

Er zit dus waarde in die langdurige opslag. Echter, die wordt momenteel niet meegenomen in de Bepalingsmethode van de milieu-impact van gebouwen. Daarom heeft Stichting NMD (Stichting Nederlandse Milieudatabase) de WUR gevraagd om een voorstel voor een waarderingsformule, passend binnen de huidige kaders van die bepalingsmethode. Geen gemakkelijke klus, want er zijn talloze, soms zeer ingewikkelde formules, in omloop.

Van den Oever: “Er is al veel erg goed wetenschappelijk werk gedaan. Daar zijn solide formules uit voortgekomen. Deze zijn echter soms erg moeilijk te begrijpen en daardoor lastig in te passen in huidig beleid. Daarom hebben wij deze omgeschreven tot een eenvoudige formule die beter inpasbaar is.” Hiermee wordt het waarderen van biogene koolstofopslag van verschillende (bouw)materialen voor alle partijen in de keten vereenvoudigd. “En het mooie is, deze formule werkt op alle materialen, ook fossiel. Alleen gebiedt de eerlijkheid te zeggen, dat fossiele materialen vooral CO2 uitstoten, en niet recentelijk uit de atmosfeer hebben opgenomen.”

Een tijdshorizon van 100 jaar

De eenvoudige formule bevat een zogenaamde tijdshorizon, de periode waarover klimaatverandering bekeken wordt; deze dient door beleid bepaald te worden. De wetenschappers hebben gekozen voor een tijdshorizon van 100 jaar. Van den Oever legt uit waarom: “Deze periode sluit aan bij de periode die gebruikelijk is voor het bepalen van de global warming potential in LCA-analyses. Daarnaast wil je een periode die lang genoeg is om geen problemen door te schuiven naar volgende generaties en kort genoeg om tot actie aan te zetten.”

Minder CO2-uitstoot en minder milieu-impact

De voordelen van langdurige biogene koolstofopslag in bouwmaterialen gemaakt van biomassa, komen bovenop andere voordelen. Eerste resultaten uit onderzoek suggereren dat woningen gebouwd met biobased bouwmaterialen ook minder CO2-uitstoot en minder milieu-impact hebben dan een traditioneel betonnen of kalkzandsteenhuis.

Gerelateerd nieuws

Bedrijven waarschuwen: EU versoepelt duurzaamheidswet tot juridisch moeras

De invoering van de Corporate Sustainability Due Diligence Directive (CS3D) markeert een kantelpunt voor duurzaamheid binnen het Europese bedrijfsleven. De richtlijn moet bedrijven verplichten om mensenrechten- en milieurisico’s in hun waardeketens systematisch op te sporen en aan te pakken.

Digitale duurzaamheid onder druk: AI en datagebruik vragen om bewuste keuzes

Digitale communicatie en opslag bieden enorme voordelen: van efficiënter samenwerken tot razendsnelle toegang tot informatie. Maar achter die gemakzucht schuilt een groeiend probleem: ons digitale leven verbruikt steeds meer energie. Niet alleen onze laptops en telefoons, maar ook de datacenters die al die informatie opslaan en verwerken, draaien op volle toeren.

2 jaar programma Klimaatveiligheid: klimaatadaptatie is óók een veiligheidsvraagstuk

Ruim 2 jaar voert het NIPV het programma Klimaatveiligheid uit. Programmamanager Charlotte van Ruijven en Lana Garrels, voorzitter van het netwerk Klimaatveiligheid van de veiligheidsregio’s, vertellen in vakblad de Crisismanager over het programma en over hun samenwerking.

Omgeving

Warmer, natter en droger: wat betekent dit voor de zorg?

Wat betekent klimaatverandering nu en in de toekomst voor zorgaanbieders, koepelorganisaties, zorgverzekeraars en beleidsmakers binnen en buiten de zorgsector? TwynstraGudde deed er in opdracht van het ministerie van VWS een verkennend onderzoek naar. Een van de conclusies: er zijn nog amper kaders die zorgaanbieders houvast geven om te bepalen wat van hen nodig is, onder andere op het gebied van kwaliteitsnormen, beleid of regelgeving.

Klimaat