Intern salderen van de baan. Voorheen mocht bij de beantwoording van de vraag of een natuurvergunning voor een nieuw project in de buurt van een Natura 2000-gebied nodig was, de stikstofuitstoot van het nieuwe project worden weggestreept tegen de stikstofuitstoot die een oud, vergund project op dezelfde locatie al veroorzaakte.
Dat werd ‘intern salderen’ in de voortoets genoemd. Eind 2024 bepaalde de Afdeling Bestuursrechtspraak van de Raad van State in de uitspraken Rendac[1]en Amercentrale[2] echter dat intern salderen in de voortoets niet langer is toegestaan. Intern salderen mag sindsdien alleen nog worden gebruikt bij de beantwoording van de vraag of een natuurvergunning kan worden verleend. Als gevolg van het verbod op intern salderen in de voortoets moeten bedrijven en initiatiefnemers veel vaker een natuurvergunning aanvragen voordat zij hun bedrijfsvoering kunnen wijzigen en/of een project kunnen realiseren. Ook zijn de eisen voor die vergunningen strenger, waardoor een natuurvergunning vaak niet kan worden verkregen. Dit maakt dat het moeilijker is om een project in de buurt van een Natura 2000-gebied te starten en Nederland steeds verder op slot gaat.
Handhaving vanaf 2030
Voor activiteiten die fysiek zijn gestart tussen 1 januari 2020 en 1 januari 2025 geldt een overgangsperiode. Dit betekent dat uiterlijk op 1 januari 2030 aan de nieuwe regels moet zijn voldaan en het bevoegd gezag (nog) niet handhavend mag optreden. Dat kan betekenen dat als het project eerder niet vergunningplichtig was als gevolg van intern salderen, het project alsnog vergunningplichtig is geworden en er dus op tijd een natuurvergunning moet worden verleend (dus voor 1 januari 2030). Als deze vergunning niet op tijd wordt verleend, dan mogen de bedrijfsactiviteiten dus niet meer ondernomen worden. Het is aannemelijk dat het bevoegd gezag vanaf 1 januari 2030 wel handhavend op zal treden en dat kan grote gevolgen hebben voor de bedrijfsvoering van de onderneming. In het meest verstrekkende geval wordt de bedrijfsvoering in het geheel stil gelegd.
“Om de continuïteit van het bedrijf te waarborgen is het van groot belang om op tijd in beweging te komen.”
Stilzitten is geen optie
Dat vraagt dus om capabele bestuurders die dit tijdig onder ogen zien. Bedrijven kunnen dus simpelweg niet wachten tot 2030, maar zullen tijdig tot actie moeten overgaan. Als bestuurders toch (te lang) stilzitten, dan riskeert men persoonlijke aansprakelijkheid voor de schade die daardoor wordt geleden. Hoewel het bestuur in beginsel niet aansprakelijk is wanneer het bedrijf niet voldoet aan de geldende regelgeving, is dat anders als het bestuur daarvan een persoonlijk ernstig verwijt kan worden gemaakt. Als een bestuur te lang stilzit en onvoldoende stappen neemt om ervoor te zorgen dat de onderneming op 1 januari 2030 aan de geldende regelgeving voldoet, kunnen de gevolgen enorm zijn en is een zodanig verwijt niet uit te sluiten.
Bovendien rust op een bestuurder – afhankelijk van de omvang van de onderneming die bestuurd wordt - de verplichting om in het bestuursverslag onderbouwd over de continuïteit van de onderneming bedrijf te verklaren. Als er een gerede kans bestaat dat de onderneming vanwege het ontbreken van een natuurvergunning geheel of ten dele moeten worden stilgelegd, zal dit op enig moment in het bestuursverslag moeten worden toegelicht.
Schakel op tijd deskundige hulp in
Om de continuïteit van het bedrijf te waarborgen, is het van groot belang om op tijd in beweging te komen. Wilt u meer informatie over wat de stikstofuitspraken precies betekenen voor uw bedrijf? Wilt u risico’s voor uw bedrijf en voor u als bestuur vermijden? Of wilt u meer te weten komen over de maatregelen die u kunt treffen om de continuïteit van uw bedrijf te waarborgen? Neem dan contact op met Dominique de Haas en Miranda van Eekelen-Atema. Zij kunnen de bovenstaande vragen beantwoorden en u begeleiden bij dit proces.
[1] ABRvS 18 december 2024, ECLI:NL:RVS:2024:4923 (Rendac).
[2] ABRvS 18 december 2024, ECLI:NL:RVS:2024:4909 (Amercentrale).
Over de auteurs
Gerelateerd nieuws
Leve de integrale visie, of blijven politiek en praktijk verslaafd aan ‘micro’?
Omgeving
Samenwerking bij industriële woningbouw – bouwstenen voor een nieuwe bouwcultuur
Omgeving
Onderzoek toont minder woondiscriminatie bij woningbezichtiging
Omgeving
Tussen wens en werkelijkheid: juridische obstakels overwinnen bij optoppen
Omgeving