Rapportageverplichting per 1 januari 2024

De rapportageverplichting, die eerder al was uitgesteld van 1 januari 2023 naar 1 juli 2023 zal op 1 januari 2024 ingaan. De rapportageverplichting geldt voor woon-werkverkeer en zakelijk verkeer, al gelden er enkele uitzonderingen. Vliegverkeer valt er bijvoorbeeld niet onder. Om te kunnen vaststellen dat een werkgever minimaal 100 werknemers heeft, wordt gekeken naar het aantal werknemers dat op 1 januari 2024 in dienst is, waarbij werknemers met een arbeidsduur van minder dan twintig uur per maand, gedetacheerde werknemers en uitzendkrachten zijn uitgezonderd. 

Het uitgangspunt is dat grote werkgevers voor woon-werkverkeer en zakelijk verkeer waarvoor zij een vergoeding of een vervoersmiddel/bewijs beschikbaar stellen, jaarlijks rapporteren hoeveel kilometers zijn gemaakt, met welke vervoersmiddelen dat is gebeurd en welke brandstof daarbij is gebruikt. De gegevens moeten worden ingevoerd in een digitaal formulier op de website van de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO). Op basis van die gegevens wordt de CO2-emissie automatisch berekend. De RVO stuurt nadat de gegevens zijn ingevoerd een rapportage van die gegevens en de berekende CO2-uitstoot. 

Voor grote werkgevers is het dus van belang dat de administratie tijdig voor 1 januari 2024 wordt aangepast, zodat de te rapporteren gegevens daarin worden meegenomen. Om werkgevers te helpen bij de rapportageverplichting heeft het verantwoordelijk Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat een Handreiking Gegevensverzameling werkgebonden personenmobiliteit opgesteld (handreiking). De Handreiking geeft tips hoe werkgevers de gegevens kunnen verzamelen en geeft voor elke vorm van mobiliteit aan welke informatie moet worden aangeleverd in het digitale formulier. Dan gaat het in ieder geval om:

  • het totaal aantal kilometers dat door werknemers in een kalenderjaar is afgelegd voor zakelijk en woon-werkverkeer; en

  • het jaartotaal aan kilometers verdeeld in soort vervoermiddel en brandstoftype.

In de handreiking staat per vervoersmiddel en type brandstof wat de emissiewaarde per kilometer is waarmee wordt gerekend.

Uiterlijk op 30 juni 2025 moeten de gegevens over het jaar 2024 worden gerapporteerd. De ingevoerde gegevens worden automatisch beschikbaar gesteld aan de (regionale) omgevingsdienst die werkt voor de gemeente waar de betrokken werkgever onder valt. Deze omgevingsdienst controleert jaarlijks of de gegevens tijdig en juist zijn ingediend. 

Inschatting is dat ongeveer 8.000 werkgevers (circa 61%) gebonden raken aan de rapportageverplichting. De rapportageverplichting geldt ook voor grote werkgevers die in het buitenland zetelen en vestigingen hebben in Nederland met tenminste 100 werknemers. 

Vervolg

Tot 2026 worden geen specifieke maatregelen voor verduurzaming opgelegd. Dat betekent dat werkgevers vooralsnog vrij zijn te bepalen welke maatregelen zij treffen. Als het collectief plafond voor CO2-emissie in 2026 nog altijd wordt overschreden of de dalende trend onvoldoende is ingezet, dan kan dus een individuele norm voor CO2-emissie volgen. Wij adviseren (grote) werkgevers dan ook aan de slag te gaan met dit thema en te bepalen welke maatregelen voor verduurzaming passend zijn. Dat kan bijvoorbeeld door het wagenpark te elektrificeren, hybride- of thuiswerken te stimuleren of mobiliteitsbeleid dat het gebruik van andere vervoersmiddelen aantrekkelijker maakt te introduceren.

Gerelateerd nieuws

Wonen of zorg? De juridische scheidslijn in woonzorgvastgoed

De vergrijzing zet onze samenleving op scherp: de vraag naar innovatieve woonzorgconcepten stijgt explosief. Beleggers en ontwikkelaars storten zich massaal op woonzorgvastgoed. Maar juist op het snijvlak van wonen en zorg ontstaan interessante juridische vraagstukken, want wie bepaalt of een woning vooral een thuis is, of toch vooral een zorginstelling? Die scheidslijn is allesbepalend voor de wet- en regelgeving die geldt. Zodra zorg de boventoon voert en wonen ondergeschikt is, veranderen de spelregels drastisch – met grote gevolgen voor huurbescherming en contractuele afspraken. Wat betekent dat concreet voor huurders, verhuurders en zorgaanbieders? En waarom is het cruciaal om de afspraken over huur en zorg glashelder vast te leggen? In deze blog wordt die vraag beantwoord en wordt door Nika Niels en Isa Horstik uiteengezet welke regels van toepassing zijn wanneer wonen en zorg nauw met elkaar verweven zijn.

Omgeving

Einde salderingsregeling, wat verandert er voor boeren (en burgers) op 1 januari 2027?

Wat betekent de terugleverheffing en het einde van de salderingsregeling voor boeren (en burgers) met zonnepanelen?

Omgeving

CSRD versoepeling op komst? Dit is waarom u tóch op transparantie moet inzetten

De Europese Commissie wil duurzaamheidsregels voor bedrijven versoepelen. Op 26 februari presenteerden zij een voorstel – het zogeheten ‘Omnibus-voorstel’ – dat onder andere de CSRD-richtlijn (Corporate Sustainability Reporting Directive) zou verlichten. De nieuwe drempelwaarden betekenen dat minder bedrijven onder de verplichte rapportage vallen en dat kleine beursgenoteerde bedrijven mogelijk zelfs vrijstelling krijgen. Goed nieuws? Dat hangt ervan af hoe u duurzaamheid benadert.

Klimaat

'Geef gedragskennis een stevigere positie'

Als het ‘Den Haag’ werkelijk menens is met het benutten van gedragswetenschappelijke deskundigheid, is een minder vrijblijvende aanpak nodig. Dan moet deze deskundigheid een vaste plek aan tafel krijgen bij de belangrijkste beleidsprocessen. Ook moet worden gezocht naar wegen om meer gedragswetenschappelijke capaciteit te organiseren. Er bestaat op dit moment een forse spanning tussen de soms torenhoge ambities enerzijds en de zeer bescheiden middelen anderzijds.