Volgens demissionair minister Schouten zou diversiteit een belangrijk thema moeten zijn in de pensioensector. Pensioenen zijn er voor alle deelnemers, voor mensen van alle leeftijden, voor alle actieve en gewezen deelnemers en gepensioneerden. Pensioenfondsbesturen zijn gehouden om de belangen van alle deelnemers mee te wegen bij de besluitvorming. Ondanks het feit dat dit losstaat van de samenstelling, neemt dit volgens de minister niet weg dat de deelnemers zich moeten kunnen herkennen in de samenstelling van het pensioenfondsbestuur. Volgens haar kan een divers samengesteld bestuur beter verschillende invalshoeken en achtergronden in zijn afwegingen betrekken en zo bijdragen aan de kwaliteit van de besluitvorming. Begin dit jaar is daarom een speciale Taskforce diversiteit, gelijkwaardigheid en inclusie opgericht, mede ter bevordering van diversiteit en inclusie binnen de pensioensector. Een belangrijke uitspraak van de voorzitter die de huidige stand markeert is “dat de pensioensector inzake diversiteit, gelijkwaardigheid en inclusie achterloopt”.

Op grond van artikel 107 Pensioenwet zijn pensioenfondsen verplicht om jaarlijks in het bestuursverslag te rapporteren over de samenstelling naar leeftijd en geslacht van het verantwoordingsorgaan, het belanghebbendenorgaan en het bestuur. Daarnaast moeten zij rapporteren over de inspanningen die verricht zijn om diversiteit in de organen van het pensioenfonds te bevorderen. Nadere invulling van wat diversiteit is, is te vinden in de Code Pensioenfondsen. De gedragsnormen in de Code zijn in 2013 door de Stichting van de Arbeid en de Pensioenfederatie opgesteld en met het oog op de inwerkingtreding van de Wet toekomst pensioenen op 1 januari 2024 geactualiseerd. Op grond van “norm 33” dient de samenstelling van fondsorganen, voor wat betreft onder andere diversiteit, inclusie en afspiegeling van belanghebbenden, in een beleid te worden vastgelegd. Om diversiteit en inclusie in fondsorganen te vergroten of juist in stand te houden moet een pensioenfonds ingevolge “norm 34” een schriftelijk beleid vaststellen. En “norm 35” stelt minimumeisen ten aanzien van leeftijdsdiversiteit en genderdiversiteit.

Het belang van diversiteit en inclusie wordt niet alleen in nationale wet- en regelgeving gezien en geregeld, maar ook op Europees niveau. Zo heeft de Europese toezichthouder op pensioenfondsen, EIOPA, de Europese Commissie gevraagd om de effectiviteit van de IORP II-richtlijn, en dan met name de diversiteitseisen daarin, te onderzoeken. Op Europees niveau wordt in het kader Enviromental, Social and Governance (ESG) ook veel aandacht besteed aan diversiteit en inclusie. ESG heeft niet alleen betrekking op milieuaspecten maar ook op sociale en governance aspecten. Bij sociale aspecten wordt er gekeken naar werknemersrechten, diversiteit en inclusie, betrokkenheid bij de gemeenschap en gezondheid en veiligheid op de werkvloer. Bij governance aspecten wordt er gekeken naar de onafhankelijkheid van de raad van bestuur en naar de diversiteit bij de samenstelling en op welke wijze diversiteit en inclusie op de werkvloer tot uitdrukking komt.

Zoals aangegeven: uit de onderzoeken van Netspar en Pensions and Lifetime savings assocations blijkt dat diversiteit in het besluitvormingsproces een grote bijdrage aan de kwaliteit van een besluit kan leveren. Hoewel de nadruk daarbij veelal ligt op diversiteit in geslacht, geven onderzoekers aan dat het noodzakelijk is om ook naar andere aspecten van diversiteit te kijken. Wanneer organen op verschillende vlakken divers zijn samengesteld hebben zij verschillende perspectieven in huis die bij de besluitvorming kunnen worden betrokken. Hierdoor wordt de kans op groepsdenken en een tunnelvisie verminderd. Door het verminderen van groepsdenken worden problemen sneller tot een oplossing gebracht die voor alle te vertegenwoordigen groepen werkbaar is. Uit het onderzoek van Principles for Responsible Investment blijkt dat dit ook geldt op het gebied van inkomsten, beleggingsresultaten en het effectief behalen van ESG-criteria.

Over de auteurs

  • Yeliz Tintin

    Yeliz Tintin is advocaat bij Van Doorne. Yeliz is verbonden aan het team Arbeidsrecht & Pensioen. Zij is specialist op het gebied van het pensioenrecht en heeft in verschillende hoedanigheden gewerkt binnen de pensioensector. Daardoor is zij nog beter in staat om de juridische uitdagingen vanuit verschillende invalshoeken te bekijken.

Gerelateerd nieuws

Wat betekent verzilting voor water, landbouw en natuur?

Steeds vaker dringt zout water ons land binnen, voor een deel als gevolg van klimaatverandering. Wat betekent dit voor het water- en bodemsysteem, voor de landbouw en de natuur? Om dit te onderzoeken, heeft het Rijk samen met STOWA een ambitieus programmaplan opgesteld: ‘Omgaan met zout in landbouw, natuur en waterbeheer’. Voor het jaar 2025 is 400.000 euro beschikbaar om een start te maken. Het doel is een meerjarig kennisprogramma met een budget van ongeveer 1 miljoen euro per jaar.

Omgeving

Industrie onmisbaar voor toekomst maar staat onder zware druk

De industrie in Nederland staat onder grote druk. De eerste massaontslagen zijn een feit, duurzame fabrieken worden gesloten of niet afgebouwd en steeds vaker vinden investeringen buiten Nederland plaats. Terwijl we nu en in de toekomst een duurzame industrie nodig hebben voor onze producten, welvaart en weerbaarheid. VNO-NCW roept de politiek dan ook op om er de komende jaren samen met de industrie voor te zorgen dat bedrijven hier behouden blijven. En om obstakels weg te halen zo dat bedrijven de investeringen voor de broodnodige transities kunnen doen. Samen kunnen we dit oplossen. Vandaag sprak de Tweede Kamer over verduurzaming van de industrie.

Klimaat

Zorg voor duurzame energie van eigen bodem, betaalbaar voor iedereen, in een schone economie

Wat moet het nieuwe kabinet als eerste doen voor de energietransitie en duurzaamheidsontwikkeling? We vroegen het aan Olof van der Gaag, voorzitter NVDE.

Klimaat

Persoonsgegevens of anonieme gegevens?

In een recente uitspraak van het Hof van Justitie van de Europese Unie (EDPS v GAR) is een belangrijke stap gezet in de discussie over pseudonieme, anonieme en persoonsgegevens. Het Hof bevestigt wat velen in het veld al langer betoogden: gepseudonimiseerde gegevens kunnen onder bepaalde omstandigheden wél persoonsgegevens zijn voor de verstrekker, maar géén persoonsgegevens zijn voor de ontvanger. De kwalificatie van gegevens hangt af van de concrete omstandigheden en de positie van de ontvanger. Deze benadering wordt ook wel aangeduid als de contextuele benadering en speelt een belangrijke rol bij de vraag: is de AVG van toepassing?

Data & Privacy