Wie krijgt er voorrang op de woningmarkt? Een hot item in deze verkiezingsperiode. Met de wijziging van de Huisvestingswet 2014 per 1 januari 2024, beschikken gemeenten over meer instrumenten om te sturen op de verdeling van woonruimte. De wet biedt onder meer de mogelijkheid om woningen met voorrang toe te wijzen aan woningzoekenden die een sociale of economische binding hebben met een woningmarktregio, de gemeente of een deel van de gemeente. Deze verruiming geeft gemeenten meer regie op de lokale woningmarkt.

Voorrang voor woningzoekenden met binding aan de regio of gemeente

De Huisvestingswet biedt gemeenten dus de mogelijkheid om voorrang te geven aan woningzoekenden die een economische of maatschappelijke binding hebben met de woningmarktregio, de gemeente of een deel daarvan. Voor de toepassing hiervan is een woningzoekende:

a. Economisch gebonden aan de woningmarktregio, de gemeente of een deel van de gemeente indien hij met het oog op de voorziening in het bestaan een redelijk belang heeft zich in die woningmarktregio, die gemeente of dat deel van de gemeente te vestigen;

b. Maatschappelijk gebonden aan de woningmarktregio, de gemeente of een deel van de gemeente indien hij:

  1. Een redelijk, met de plaatselijke samenleving verband houdend belang heeft zich in die woningmarktregio, die gemeente of dat deel van de gemeente te vestigen, of

  2. Ten minste zes jaar onafgebroken ingezetene is dan wel gedurende de voorafgaande tien jaar ten minste zes jaar onafgebroken ingezetene is geweest van die woningmarktregio, die gemeente of dat deel van de gemeente.

  3. Deze bindingseisen vormen de juridische basis om lokale of regionale voorrang toe te passen bij de woonruimteverdeling.

    Drie belangrijke wijzigingen sinds 1 januari 2024

    De uitbreiding van de voorrangspositie voor mensen met een sociale of economische binding, komt voort uit drie belangrijke wijzigingen:

    • Ruimere toewijzingsruimte voor woningzoekenden met binding
      In de eerste plaats is het aandeel toewijzingen met voorrang aan mensen met een economische of maatschappelijke binding aan de woningmarktregio verhoogd van 25% naar 50%. Gemeenten konden eerder al 50% van de beschikbare huurwoningen toewijzen op basis van de economische of maatschappelijke binding aan de woningmarktregio. Binnen die 50% mocht maximaal 25% worden toegewezen aan mensen met een binding aan de gemeente zelf. Volgens de nieuwe Huisvestingswet mogen gemeenten dus voor de gehele 50% bepalen hoe zij deze ruimte verdelen tussen mensen met een economische of maatschappelijke binding aan de woningmarktregio dan wel binding aan de gemeente (lokalebinding). Gemeenten mogen dus ook de gehele 50% toewijzen aan woningzoekenden met een binding aan de gemeente.

    • Voorrang voor woningzoekenden in vitale beroepen
      Ten tweede is geregeld dat binnen de groep van woningzoekenden met economische of maatschappelijke binding voorrang kan worden gegeven aan woningzoekenden in vitale beroepen. Deze mogelijkheid bestond niet voor deze wijziging van de Huisvestingswet. Artikel 14 van de Huisvestingswet is zodanig gewijzigd dat nu in de huisvestingsverordening kan worden bepaald dat er bij maatschappelijke en economische binding voorrang wordt verleend aan personen met een vitaal beroep. Het is aan gemeenten zelf om in de huisvestingsverordening te bepalen wat zij onder een vitaal beroep verstaan.

    • Uitbreiding van de huisvestingsvergunning tot sociale koopwoningen
      Tot slot kent de gewijzigde huisvestingswet ook een mogelijkheid voor gemeenten om een huisvestingsvergunning verplicht te stellen voor het in gebruik nemen van een sociale koopwoning. De kostprijs van deze sociale koopwoningen mag niet hoger zijn dan de geldende NHG-grens. Dit was voorheen slechts mogelijk ten aanzien van categorieën huurwoningen.

    Alleen mogelijk via een huisvestingsverordening

    De Huisvestingswet is een uitputtende regeling op het gebied van woonruimteverdeling. Gemeenten mogen alleen bindingseisen stellen of voorrang verlenen als daarvoor een huisvestingsverordening is vastgesteld. Momenteel zijn gemeente bevoegd een huisvestingsverordening vast te stellen om de verdeling van de woonruimtevoorraad te reguleren. Met het wetsvoorstel van de Wet versterking regie volkshuisvesting krijgen gemeenten een verplichting om een huisvestingsverordening vast te stellen.

    De Wet versterking regie volkshuisvesting Wet versterking regie volkshuisvesting in aantocht!  is op 3 juli 2025 aangenomen door de Tweede Kamer, met een verwachte inwerkingtreding op 1 januari 2026. De wet is echter gewijzigd en wacht nog op goedkeuring door de Eerste Kamer, waarna de inwerkingtreding mogelijk verschuift. De laatste stand van zaken op het vlak van dit wetsvoorstel is dat Minister Keijzer een novelle (reparatiewet) in consultatie heeft gebracht om drie juridisch problematische amendementen op het wetsvoorstel Versterking regie volkshuisvesting te herstellen. De novelle schrapt het absolute verbod op voorrang voor vergunninghouders en het overnemen van bouwvergunningen door de minister, en wijzigt het voorkeursrecht van gemeenten zodat dit weer aansluit bij het eigendomsrecht. Na consultatie en advies van de Raad van State wordt de novelle samen met het wetsvoorstel behandeld, zodat de wet snel en juridisch houdbaar in werking kan treden. Het wetsvoorstel beoogt overheden meer regie te geven over de woningbouw, met meer tempo en gelijke kansen voor urgente woningzoekenden.

    Zonder deze huisvestingsverordening is er geen juridische grondslag om bindingseisen op te leggen aan woningzoekenden of om ontwikkelaars te verplichten tot een bepaalde toewijzingsvolgorde. Bindingseisen buitenom de huisvestingsverordening zouden een ongerechtvaardigde doorkruising van de Huisvestingswet opleveren. De overheid mag in beginsel namelijk geen gebruik maken van haar privaatrechtelijke bevoegdheden als daarmee een publiekrechtelijke regeling wordt doorkruist. Ook de parlementaire geschiedenis onderstreept dat gemeenten niet langs privaatrechtelijke weg aanvullende maatregelen mogen treffen die de werking van de wet ondergraven.

    Wij denken graag mee

    De Huisvestingswet biedt gemeenten kansen om te sturen op de verdeling van schaarse woonruimte en om woningzoekenden met binding aan de lokale gemeenschap te ondersteunen. Tegelijkertijd vraagt dit om een zorgvuldige juridische uitwerking in de huisvestingsverordening. Gemeenten die hier tijdig op voorsorteren, kunnen straks beter gebruikmaken van de nieuwe mogelijkheden binnen de grenzen van de wet.

    Ons team heeft ruime ervaring met het adviseren en begeleiden van gemeenten bij het vormgeven van huisvestingsbeleid. Neem dus gerust contact met ons op bij vragen over de mogelijkheden, wij denken graag mee over een oplossing die past bij uw lokale situatie.

Over de auteurs

Gerelateerd nieuws

Verkiezingsprogramma’s: bouwen, bouwen, bouwen?

De politieke partijen schreven ruim 1.600 pagina’s aan verkiezingsprogramma’s: genoeg om een lade van onze dossierkast te vullen. Maar als omgevingsjuristen van de toekomst zijn wij vooral benieuwd naar één thema: het versnellen van de woningbouw. Hoe willen de zes (vooralsnog) grootste partijen dat aanpakken en is dat wat ons betreft juridisch haalbaar?

Omgeving

Bouw sneller, maar houd de rechtsstaat heel

De roep om minder bezwaarprocedures bij woningbouwprojecten klinkt steeds luider. Verschillende politieke partijen willen de rechtsbescherming inkorten om sneller te kunnen bouwen. Ook het 'schrappen van regels' wordt als een stoere oplossing gepresenteerd. Dat klinkt aantrekkelijk – tot je ziet hoe het in de praktijk werkt.

Omgeving

'Hittestress met dodelijke gevolgen vraagt om meer aandacht en voorzorgsmaatregelen'

Het Openbaar Ministerie heeft een boete van 25.000 euro geëist tegen een zorginstelling waar een 40-jarige hulpbehoevende cliënt overleed tijdens een hittegolf. De hittegolven in Nederland nemen toe en daarmee de gevaren. Tien miljoen Nederlanders lopen risico op hittestress en hittegerelateerde ziekten en de gevolgen voor kwetsbare groepen kunnen zelfs dodelijk zijn. Dit vraagt meer aandacht.

Klimaat

Hitte-aanpak 2025: groenere en koelere leefomgeving

Door klimaatverandering wordt het droger en warmer in de zomers. In het Regeerprogramma 2024 wordt daarom onder meer een kabinetsbrede actieagenda hitte (2025) aangekondigd. Op 2 juni 2025 is deze ‘Hitte aanpak 2025’ aan de Tweede Kamer aangeboden door drie departementen. Hierin is gekozen voor vier themalijnen, waaronder de Themalijn Gebied. Hierbij ligt de focus op onder meer het realiseren van een groenblauwe inrichting om schaduw en verkoeling te bieden. Wat zijn de belangrijkste uitdagingen in de ruimtelijke omgeving?

Omgeving