De gemeente Deventer wil een ‘voorkeursrecht’ vestigen op het gebied Baarlerhoek-Zuid, voor de uitbreiding van het stroomnet met een hoog- en middenspanningsstation. Volgens de gemeente is dit cruciaal voor de bouw van 11.000 woningen. Het voorkeursrecht zorgt ervoor dat eigenaren die gronden of vastgoed in het gebied willen verkopen dit eerst te koop aanbieden aan de gemeente.

Realisatie versnellen

Het beschikbaar maken van grond voor de energie-infrastructuur is de taak van netbeheerders, maar die hebben niet dezelfde publiekrechtelijke instrumenten als gemeenten en provincies. Zelden kloppen de netbeheerders hiervoor aan bij deze overheden. Gemeenten en provincies hebben aan de andere kant niet altijd zicht op de rol die ze kunnen spelen.

Daarom ontwikkelde adviesbureau TwynstraGudde in opdracht van het ministerie van EZK een handreiking voor gemeenten en provincies over het inzetten van ruimtelijke instrumenten om de aanleg van elektriciteitsstations te versnellen. Ook het voorkeursrecht dat Deventer heeft ingezet staat hierin.

“Overheden hebben instrumenten in handen waarmee ze het publiekrechtelijke proces kunnen versnellen. Tussen netbeheerders en overheden kan meer worden samengewerkt”, zegt projectleider en adviseur Arjan Raatgever van TwynstraGudde.

Volgens Raatgever kan een gemeente via het publiekrechtelijke- of het privaatrechtelijke spoor bijvoorbeeld helpen een elektriciteitsstation te realiseren. “Privaatrechtelijk heb je als gemeente het bezit nodig van de grond, dan wordt dit verkocht of verhuurd aan de netbeheerder. Publiekrechtelijk gaat het over het verlenen van vergunningen en het omgevingsplan.”

Weinig proactiviteit vanuit gemeenten

Harald Wiersema, advocaat in het omgevings- en energierecht ziet ook dat er vanuit overheden in projecten nog weinig proactief contact wordt gezocht met netbeheerders. “De houding is vaak dat de verantwoordelijkheid voor het te ontwikkelen project en voor de energie-infra bij de initiatiefnemer ligt.”

Maar volgens Wiersema werkt het ook niet altijd voor initiatiefnemers om de gemeente voor deze projecten op pad te sturen naar de netbeheerder. “Als gemeente loop je al snel tegen dezelfde argumenten aan waar een initiatiefnemer ook tegenaan loopt, zoals congestie, vaste werkwijzen en de prioriteit van projecten in het gebied van de netbeheerder.” Volgens Wiersema leidt “een persoonlijke aanpak en projectgerichte samenwerking tussen de diverse partijen vaak wel tot enige versnelling, alleen de inzet van juridische middelen is daarvoor niet voldoende.”

Bewustwording onder RO-ambtenaren

Het verkennen van ingrepen die overheden kunnen doen past volgens Raatgever in een trend van bewustwording onder RO-ambtenaren. “Een gemeente kan normaal veel eisen stellen, het ergste is dat bouw wat langer duurt. Maar de infrastructuur van de energietransitie is van een andere orde, omdat het acute problemen kan veroorzaken. Als een nieuw regionaal bedrijfsterrein door netcongestie niet ontwikkeld kan worden en bestaande bedrijven daar niet heen kunnen verhuizen dan ontstaan er op dat oude terrein ook problemen. Als daar bijvoorbeeld woningbouw gepland was en niet door kan gaan, dan raakt de hele realisatieketen verstopt. Dat ene onderstation waar alles van afhangt moet dan met spoed worden uitgebreid. RO-ambtenaren gaan langzaam deze problemen inzien.”

Raatgever benadrukt wel dat de congestieproblematiek complex is. Er ligt volgens hem niet een enkelvoudig probleem aan ten grondslag. “Het is projectspecifiek waar de vertraging vandaan komt. Het feit dat netbeheerders moeten onderhandelen met grondeigenaren is één van de factoren, maar het kan ook liggen aan het aanleggen van de kabel, de vergunningverlening of het tekort aan vakmensen.”

Over de auteurs

  • Jaël Poelen

    Jaël Poelen is Nieuwsredacteur duurzaamheid en klimaat bij PONT.

    PONT | Data & Privacy

Gerelateerd nieuws

Huurders zijn onmisbaar in succes van warmtenetten

Warmtenetten die bewoners in eigen beheer aanleggen in hun wijk, kunnen het vertrouwen herstellen in warmtenetten. Deze coöperatieve warmtenetten op initiatief van buurtbewoners zijn een goed voorbeeld van de organisatie van draagvlak voor een warmtenet. Huurders zijn hierin een onmisbare schakel. Dit blijkt uit onderzoek van de Woonbond, Buurtwarmte en Energie Samen.

Klimaat

De prijs van vrede: dreigen klimaatdoelen slachtoffer te worden van defensie-uitgaven?

Nu geopolitieke onrust toeneemt, staan EU-landen onder druk om hun defensie-uitgaven aanzienlijk te verhogen. Een nieuwe analyse van ABN AMRO waarschuwt echter dat deze noodzakelijke investeringen in veiligheid een potentieel hoge prijs kunnen hebben voor het milieu, zowel door afleidende financiering als door de inherente impact van militaire activiteiten

ACM: aanvullende maatregelen nodig voor betaalbare nettarieven waterstoftransport

Waterstof wordt gezien als belangrijke schakel in de energietransitie, omdat het kan dienen als duurzame energiedrager in sectoren die moeilijk te elektrificeren zijn. Toch komt de markt voor waterstof door verschillende oorzaken maar langzaam op gang. Eén van de oorzaken is de onzekerheid over de tarieven voor het transport van waterstof via een netwerk van leidingen. Doordat volumes waterstof achterblijven en investeringskosten hoger uitvallen, kunnen zonder aanvullende maatregelen de tarieven voor het waterstoftransportnetwerk aanzienlijk stijgen. Voor de komende jaren stelt het ministerie van Klimaat en Groene Groei de tarieven vast die gebruikers van het waterstofnetwerk moeten betalen. Vanaf uiterlijk 2033 stelt de Autoriteit Consument & Markt (ACM) deze tarieven vast op basis van de gemaakte kosten. De ACM heeft in een marktrapportage verkend hoe zij kan bijdragen aan de ontwikkeling van de waterstofmarkt en betaalbare waterstofnettarieven.

Klimaatverandering versnelt de waterkringloop

De aarde warmt op – en dat verandert de waterkringloop. Er verdampt meer water, de lucht bevat meer waterdamp, en dat leidt uiteindelijk tot intensere neerslag. Volgens klimaatmodellen neemt per graad opwarming de hoeveelheid waterdamp in de atmosfeer met zo’n 7 procent toe, terwijl neerslag en verdamping elk met ongeveer 2 procent stijgen. Dit leidt ertoe dat het minder vaak, maar wel heftiger regent. De veranderingen die we tot nu toe waarnemen zijn hiermee in overeenstemming.