Het vorige kabinet is daarom gestart met een onderzoek naar mogelijke alternatieven voor de huidige norm. De Tweede Kamer nam bovendien een motie aan waarin wordt gevraagd om hierbij rekening te houden met de leefbaarheid in de regio. Om deze redenen gaf het ministerie vorig jaar Berenschot de opdracht een participatietraject op te zetten en uit te voeren, waarbij inwoners en lokale bestuurders werden betrokken bij de discussie over de toekomstige inrichting van het acute zorglandschap. In dit artikel delen we de achtergrond van dit traject, onze aanpak plus de opgedane inzichten en lessen die we hebben geleerd over effectieve participatie.

Breed scala aan perspectieven

Bij de uitvoering van het participatietraject hebben we in samenspraak met burgers en lokale bestuurders allereerst behoeften, belangen, zorgen en ideeën rondom de acute zorg verzameld (fase 1) en vervolgens verschillende varianten voor de toekomstige invulling van het acute zorglandschap bij hen getoetst (fase 2).

Voor zowel de informatievergaring als de toetsing organiseerden we in vier verschillende regio's (Friesland, Zeeland, Drenthe en Amsterdam e.o.) gesprekken met inwoners om hun visie en zorgen over de acute zorg te horen. Een bewuste keuze, om een breed scala aan perspectieven te kunnen verzamelen. Daarnaast hebben we wethouders, uit alle Nederlandse gemeenten uitgenodigd voor de dialoog over de norm en de toekomst van de acute zorg om ook hun opvattingen te vernemen. De thema's die aan bod kwamen, waren onder andere bereikbaarheid en kwaliteit van zorg en de impact van zorgvoorzieningen op de leefbaarheid in de regio.

Nabijheid zorg belangrijk

Uit de gesprekken bleek dat burgers een sterke behoefte hadden aan duidelijke informatie over waar ze terechtkunnen in geval van acute zorgvragen. Het vertrouwen in de triageprocessen is groot, maar tegelijkertijd leeft de angst dat spoedeisende hulpen in de buurt zullen verdwijnen. Bij lokale bestuurders vertoonden de uitkomsten een gemengd beeld. Hoewel velen aangaven dat zij zich verantwoordelijk voelen voor de zorg in hun regio, vond een deel van hen dat zij meer betrokken zouden moeten worden bij besluitvorming over bijvoorbeeld het sluiten van SEH's. Anderen benadrukten juist dat de acute zorg geen onderwerp zou moeten zijn voor de – vaak variërende – lokale politiek.

Over het algemeen noemden zowel burgers als bestuurders de nabijheid van zorg als zeer belangrijk. Er is veel vertrouwen in de kwaliteit van de Nederlandse zorg. Tegelijkertijd bestaat er een breed gedeelde wens om de toegankelijkheid en bereikbaarheid van zorg te waarborgen.

Uitdagend maar essentieel

Dit traject leert ons dat het organiseren van participatie rondom complexe vraagstukken zoals acute zorg uitdagend, maar essentieel is. Tijdens de bijeenkomsten werden deelnemers vaak opgedeeld in kleinere groepen om de discussie te bevorderen. De rol van onafhankelijke gespreksleiders van Berenschot was hierbij cruciaal om het gesprek in goede banen te leiden en te zorgen voor een open en constructieve dialoog. Opvallend genoeg lieten deelnemers zich vaak minder sturen door vooraf gestructureerde vragen; dit leidde tot creatieve en waardevolle inzichten.

Het ministerie had de wens uitgesproken voor kwalitatieve gesprekken boven kwantitatieve representativiteit. Ondanks onze inspanningen bleek het ook niet eenvoudig om mensen via regionale initiatieven te betrekken. Een andere les is dat het organiseren van deze sessies in bijvoorbeeld een buurthuis of sporthal bijdraagt aan een laagdrempelige en open dynamiek. Dit creëerde een setting waarin deelnemers zich op hun gemak voelden en vrijuit konden spreken.

Verrijkend proces

Terugkijkend bood het betrekken van inwoners en lokale bestuurders in dit traject niet alleen belangrijke inzichten voor het ministerie van VWS, maar gaf het ook een stem aan degenen die het meest geraakt worden door de besluiten rondom acute zorg. Dit maakt participatie niet alleen noodzakelijk, maar ook een verrijkend proces voor alle betrokkenen.

Naast dit participatietraject voerde het ministerie diverse andere onderzoeken uit, om te komen tot mogelijke alternatieven voor de huidige norm. De gedetailleerde rapporten van het gehele onderzoek zijn te vinden op rijksoverheid.nl.

Over de auteurs

  • Doriene Bakker

    Doriene Bakker is Managing Consultant bij Berenschot. Ontwikkelingen in de maatschappij zorgen voor verandering in functioneren en behoeften van de samenleving. Dit betekent een verandering van ‘zorgen voor’ naar ‘faciliteren van’ en ‘samen met’ andere overheden, (maatschappelijke) organisaties en burgers. Dit heeft consequenties voor de manier van werken van gemeenten. Als adviseur zet zij zich in om deze vertaalslag te maken. Zij gelooft in de combinatie van een ‘zachte’ proceskant ondersteund door ‘harde’ tools en feiten, om resultaten te bereiken. Haar passie ligt in het bijdragen aan de innovatie en samenwerking van maatschappelijke partijen. Omdat zij verantwoordelijk zijn voor maatschappelijke meerwaardecreatie en worden bekostigd met publiek geld. Als adviseur wordt zij gevraagd om gemeenten, schoolbesturen, sportverenigingen e.a. te ondersteunen wanneer een vraagstuk nieuw is, om een vernieuwende aanpak vraagt of politiek gevoelig ligt. Alleen maar passende en uitdagende vraagstukken! Creativiteit en spontaniteit vindt zij heel belangrijk in het leven. Blijven ontdekken, uitdagen, verwonderen.

  • Myrthe Frederiks

    Met haar toewijding en betrokkenheid bij maatschappelijke vraagstukken is Myrthe deze week onze Bruggenbouwer van de Week. Bij Berenschot werkt ze met passie aan grote programma’s en strategische uitdagingen, waarbij ze altijd de samenwerking centraal stelt. Myrthe begon haar loopbaan in de zorg, waar ze verandertrajecten begeleidde en organisaties hielp zich opnieuw uit te vinden. Die ervaring vormt nog steeds de basis van haar werk, maar haar impact reikt inmiddels veel verder. Of het nu gaat om de complexe aardbevingsschade in Groningen, de landbouwtransitie, of veranderopgaven binnen het openbaar bestuur, Myrthe pakt elke uitdaging met overtuiging aan. Wat haar drijft, is het vinden van duurzame oplossingen door samen te werken met diverse partijen. "Het realiseren van concrete en blijvende resultaten waar we trots op kunnen zijn, dat is waar het voor mij om draait." Dankzij haar strategisch inzicht en praktische aanpak maakt Myrthe organisaties wendbaarder en succesvoller. Ze bewijst keer op keer dat échte verandering begint met luisteren, verbinden en samen bouwen aan een betere toekomst.

Gerelateerd nieuws

Gezonde voedselomgeving vereist nieuwe Voedselwet

Het weren van nieuwe aanbieders van hoofdzakelijk ongezond voedsel op basis van gezondheidsargumenten blijkt niet mogelijk. Een nieuwe, brede Voedselwet is nodig om de voedselomgeving in de toekomst op juridisch houdbare en effectieve(re) wijze te reguleren.

Beddentekort in de gehandicaptenzorg legt gebreken in de wet bloot

Wat als iemand suïcidaal is, dringend zorg nodig heeft, maar nergens in de gehandicaptenzorg terecht kan omdat er simpelweg geen plek is? Is tijdelijke opvang in een psychiatrische kliniek dan toegestaan? De Hoge Raad oordeelde van niet. André den Exter, universitair hoofddocent Gezondheidsrecht aan Erasmus School of Law, betoogt in een opiniebijdrage in het Nederlands Dagblad dat de wetgever snel in actie moet komen.

Duurzame opvang: realistische route naar beter asielbeleid

Overal in de samenleving luiden noodklokken: de noodopvang voor vluchtelingen is ineffectief en peperduur. Wat bedoeld was als een kortetermijnoplossing, is voor veel asielzoekers een langetermijnkwelling geworden. Bestuurders en gemeenten van uiteenlopende politieke kleur geven aan dat het beleid op deze manier niet uitvoerbaar is. Een meerderheid in de Tweede Kamer stemde recentelijk voor een motie [1] om duurzame en kleinschalige opvang te realiseren. En hoewel het huidige kabinet graag een sobere opvang voor vluchtelingen creëert, ziet het ook in dat de noodopvang van asielzoekers en Oekraïense ontheemden onnodig hoge kosten met zich meebrengt.

Opinie: ‘Staatssecretaris Jeugd, waar bent u in 's hemelsnaam mee bezig?’

Vorige maand maakte het kabinet bekend tussen 2025 en 2027 zo’n 3 miljard euro vrij te maken voor jeugdzorg. Maar tegelijkertijd komt er voor sommige soorten jeugdhulp een eigen bijdrage. Het doel: bewuster kijken naar welke hulp passend en effectief is. Loudy Nijhof, senior adviseur sociaal domein bij Factum Advies, schreef een opiniestuk voor PONT: “Is dit Jeugdhulp of een déjà vu?”