Geen plek voor passende zorg

De situatie is schrijnend: een suïcidale patiënt met een verstandelijke beperking werd door artsen geïndiceerd voor opname. Volgens de wet moest die opname plaatsvinden in een instelling die valt onder de Wet zorg en dwang (Wzd), bedoeld om ernstig nadeel, zoals suïcide, te voorkomen. Maar zo’n plek was niet beschikbaar. Om de patiënt toch te beschermen, leek opname in een psychiatrische instelling op dat moment de enige oplossing. Voor een korte periode kan de burgemeester namelijk een crisisopname gelasten, maar die maatregel geldt slechts enkele dagen. Zo’n periode is doorgaans onvoldoende om iemand in een kwetsbare toestand daadwerkelijk te helpen.

Het zorghart versus het rechtershart

Voor een verlenging van een opname in een psychiatrische instelling is toestemming nodig van de rechter, die zich strikt moet houden aan de wet. Den Exter vertelt: “De rechter stond voor een lastig dilemma: strikt de wet naleven en geen machtiging verlenen, met alle gezondheidsrisico's van dien, of eventuele bezwaren voor lief nemen en alsnog toestemming verlenen voor verblijf in een psychiatrische kliniek en hopen dat later alsnog de juiste plek wordt gevonden? Het zorghart zegt het laatste, 'nood breekt wet', maar het koele rechtershart oordeelde anders.” Het oordeel van de Hoge Raad luidde dat Wzd-zorg niet mag worden verleend binnen het regime van de geestelijke gezondheidszorg.

Een structureel probleem

Hoe vaak situaties zich voordoen waarin een patiënt dringend opgenomen moet worden in een Wzd-accommodatie, maar waar geen geschikte plek beschikbaar is, is volgens Den Exter lastig te zeggen. “Mij zijn geen precieze aantallen bekend, maar de problematiek speelt wel degelijk in de praktijk.” Het probleem is dat de huidige Wzd geen tijdelijke ‘tussenconstructie kent, zoals die wel bestaat in de Wet verplichte ggz. Den Exter licht toe: “Op het ontbreken van een wettelijke basis voor een 'overbruggings-crisisbed' in de gehandicaptenzorg is al eerder kritiek gekomen. Maar daar is niets mee gedaan. Meegaan door de rechter laat het acute beddenprobleem daarom in stand. Het is primair aan zorgorganisaties om in de zorgketen te zoeken naar oplossingen voor het schaarsteprobleem. En daarnaast aan de wetgever de taak de overbruggingsmachtiging te voorzien van een wettelijke grondslag. Zonder een dergelijke grondslag mag immers niemand van zijn vrijheid worden beroofd.”

Tijd voor actie

Maar hoe zit het nu met de patiënt uit Doetinchem? Den Exter schrijft in zijn opinie: “Terugkeer naar de voormalige thuissituatie lijkt onvoorstelbaar, daarvoor was opname juist noodzakelijk. Opname in een ggz-instelling mag niet vanwege het ontbreken van een psychiatrische stoornis, dus zal verder gezocht moeten worden naar een zorgaanbieder buiten de regio die wel de noodzakelijke zorg kan verlenen. Verder geldt: minister, regel die wetswijziging voor tijdelijke ggz-opvang in de gehandicaptenzorg en graag een beetje rap!”

Gerelateerd nieuws

Asielopvang: lessen in bestuurlijke moed en draagvlak in tijden van polarisatie

De Spreidingswet, aangenomen in 2023, beoogt een eerlijkere verdeling van asielopvang over gemeenten. Hoewel de wet zijn eerste vruchten afwerpt, blijft het een gevoelig en gepolariseerd dossier. Irene van Eldik (senior adviseur sociaal domein), Julia van Neerrijnen (junior adviseur sociaal domein) en Robert Wester (senior managing consultant Openbaar bestuur en Managing Director EU) geven tips over wat gemeenten kunnen leren van de recente praktijk en hoe te zorgen dat je polarisatie niet in de hand werkt.

Zorg & Sociaal

Van transitie naar koersvastheid: wat tien jaar decentralisatie ons leerde

Tien jaar na de decentralisaties in het sociaal domein blijkt één les boven alles uit te steken: gemeenten met een heldere, doorleefde visie staan sterker in uitvoering, samenwerking en financiële grip.

Zorg & Sociaal

Waar publieke ruimtes verdwijnen, slinkt kansengelijkheid

In een samenleving waarin kansengelijkheid steeds hoger op de agenda staat, is het opvallend hoe weinig aandacht er is voor de fysieke plekken die sociale mobiliteit bevorderen. Bibliotheken verdwijnen, jongerencentra sluiten en scholen fuseren, waardoor mensen steeds verder moeten reizen om gebruik te kunnen maken van essentiële voorzieningen.

Naar een hogere lat voor langdurige ggz-zorg: kwaliteit en veiligheid als randvoorwaarde

De Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd (IGJ) luidde recent opnieuw de noodklok: te vaak komen zij kleine zorginstellingen en zelfstandig werkende zorgverleners tegen die niet in staat blijken deskundige en professionele zorg te leveren aan kwetsbare ggz-cliënten binnen de langdurige zorg. Dat brengt risico's met zich mee, zowel voor de kwaliteit van de zorg als voor de veiligheid van patiënten. Deze constatering roept belangrijke vragen op. Hoe worden zij toegelaten tot de Wlz? Welke instrumenten zijn nodig om kwaliteit en veiligheid te borgen? En hoe kunnen recente beleidsontwikkelingen hieraan bijdragen?

Zorg & Sociaal