De zonneladder en provinciale verordeningen

Het kabinet heeft geruime tijd ingezet op de opwekking van zonne-energie volgens de vier stappen van de zonneladder:

  1. Zon op daken en gevels

  2. Ongebruikte terreinen in stedelijke gebieden

  3. Ongebruikte terreinen in landelijke gebieden

  4. Landbouw- en natuurgronden

  5. Vanaf 1 januari 2024, met de inwerkingtreding van de Omgevingswet, zullen provinciale verordeningen een vorm van de zonneladder bevatten. Niet overal zijn strikt de stappen van de Voorkeursvolgorde Zon gevolgd, en er zijn verschillende definities in omloop, bijvoorbeeld met betrekking tot multifunctioneel ruimtegebruik. Provincies hebben toegezegd hun verordeningen aan te passen volgens de gemaakte afspraken. In de kern komen de bestuurlijke afspraken op dit punt neer op het volgende:

    Voorwaarden en uitzonderingen voor zonneparken

    Het gebruik van landbouw -en natuurgronden voor zonnepanelen is in principe ongewenst. Aan zonnepanelen op landbouw- en natuurgronden wordt slechts toegekomen indien het gaat om de volgende uitzonderingen:

    • A. Agri-PV: combinatie van een substantiële agrarische functie met een zonnepark;

    • B. landbouwgronden die op basis van bestuurlijk bindende afspraken in transitie zijn, waarbij het zonnepark financieel bijdraagt aan het mogelijk maken van de gebiedsgerichte opgaven voor een maximale periode (30 jaar);  

    • C. als de aanleg van zonneparken op gronden betekenisvol bijdraagt aan de vermindering van de netcongestie of zorgt voor vergroting van een efficiënter netwerkgebruik (netneutraal).

    Noodzakelijke voorwaarden voor elk zonnepark dat gerealiseerd wordt zijn dat ze: landschappelijk goed vormgegeven en ingepast zullen worden en het inpasbaar is in het energienetwerk. Bovendien streven partijen er naar dat alle zon-op-land projecten voldoen aan het streven naar 50% participatie van omwonenden en kan rekenen op voldoende draagvlak, zoals genoemd in het Klimaatakkoord.

    Kortom, ambitieuze plannen die zonneparken op landbouw- en natuurgronden praktisch onmogelijk maken. Is het niet op basis van de zonneladder, dan is het wel op basis van de (niet) inpasbaarheid op het energienetwerk of de gewenste 50% participatie. Aangezien per 1 januari 2024 de Voorkeursvolgorde Zon via de (nieuwe) provinciale verordeningen direct doorwerkt bij het verlenen van vergunningen voor buitenplanse omgevingsplanactiviteiten, lijkt het einde van zon op landbouw- en natuurgronden nabij.

    Nader onderzoek naar verplichting zonnepanelen op bedrijfsgebouwen

    De aangekondigde aanpassing van het Besluit bouwwerken leefomgeving (Bbl) waarbij gemeenten de mogelijkheid krijgen om eigenaren van gebouwen zonder woonbestemming (denk aan kantoor of bedrijfspanden) met een gebruiksoppervlakte van > 250 m2 te verplichten om de (volledige) dakpotentie te benutten voor de opwek van zonne-energie loopt door én de verkenning tot verdergaande verplichting van zon op daken en zonneparkeren.

Over de auteurs

  • Marije van der Hoek

    Marije is sinds 2015 advocaat. Daarvoor is zij gedurende een aantal jaar werkzaam geweest bij de Raad voor de Rechtspraak, het gerechtshof Den Haag en de rechtbank Rotterdam. Marije is werkzaam op het grensvlak van het civiele- en het (ruimtelijk) bestuursrecht. De nadruk in haar praktijk ligt op het aansprakelijkheidsrecht, planschade, nadeelcompensatie en onteigeningen. Marije heeft in dergelijke procedures door haar ervaring op het civiele- én het (ruimtelijk) bestuursrecht met vernieuwende inzichten succes gehad. Marije onderscheidt zich voorts door haar kennis van de Rechtspraak. Zij heeft vóór 2015 vele vonnissen/arresten geconcipieerd en daartoe de nodige cursussen (vonnissen schrijven en bewijsrecht) gevolgd. Marije is dan ook als geen ander in staat uw verzoek, vordering of verweer bij een rechter, adviescommissie óf bestuursorgaan zo te presenteren dat de slagingskansen optimaal zijn.

Gerelateerd nieuws

Huurders zijn onmisbaar in succes van warmtenetten

Warmtenetten die bewoners in eigen beheer aanleggen in hun wijk, kunnen het vertrouwen herstellen in warmtenetten. Deze coöperatieve warmtenetten op initiatief van buurtbewoners zijn een goed voorbeeld van de organisatie van draagvlak voor een warmtenet. Huurders zijn hierin een onmisbare schakel. Dit blijkt uit onderzoek van de Woonbond, Buurtwarmte en Energie Samen.

Klimaat

De prijs van vrede: dreigen klimaatdoelen slachtoffer te worden van defensie-uitgaven?

Nu geopolitieke onrust toeneemt, staan EU-landen onder druk om hun defensie-uitgaven aanzienlijk te verhogen. Een nieuwe analyse van ABN AMRO waarschuwt echter dat deze noodzakelijke investeringen in veiligheid een potentieel hoge prijs kunnen hebben voor het milieu, zowel door afleidende financiering als door de inherente impact van militaire activiteiten

ACM: aanvullende maatregelen nodig voor betaalbare nettarieven waterstoftransport

Waterstof wordt gezien als belangrijke schakel in de energietransitie, omdat het kan dienen als duurzame energiedrager in sectoren die moeilijk te elektrificeren zijn. Toch komt de markt voor waterstof door verschillende oorzaken maar langzaam op gang. Eén van de oorzaken is de onzekerheid over de tarieven voor het transport van waterstof via een netwerk van leidingen. Doordat volumes waterstof achterblijven en investeringskosten hoger uitvallen, kunnen zonder aanvullende maatregelen de tarieven voor het waterstoftransportnetwerk aanzienlijk stijgen. Voor de komende jaren stelt het ministerie van Klimaat en Groene Groei de tarieven vast die gebruikers van het waterstofnetwerk moeten betalen. Vanaf uiterlijk 2033 stelt de Autoriteit Consument & Markt (ACM) deze tarieven vast op basis van de gemaakte kosten. De ACM heeft in een marktrapportage verkend hoe zij kan bijdragen aan de ontwikkeling van de waterstofmarkt en betaalbare waterstofnettarieven.

Klimaatverandering versnelt de waterkringloop

De aarde warmt op – en dat verandert de waterkringloop. Er verdampt meer water, de lucht bevat meer waterdamp, en dat leidt uiteindelijk tot intensere neerslag. Volgens klimaatmodellen neemt per graad opwarming de hoeveelheid waterdamp in de atmosfeer met zo’n 7 procent toe, terwijl neerslag en verdamping elk met ongeveer 2 procent stijgen. Dit leidt ertoe dat het minder vaak, maar wel heftiger regent. De veranderingen die we tot nu toe waarnemen zijn hiermee in overeenstemming.