Hoge ambities
De ambities voor offshore windenergie in Europa zijn enorm. De negen NSEC-landen, waaronder Nederland en het Verenigd Koninkrijk zijn in een Joint Statement overeengekomen om op zee een geïnstalleerd vermogen van minimaal 120 GW in 2030 en 300 GW te realiseren. Op dit moment hebben we een gezamenlijk geïnstalleerd vermogen van ongeveer 33 GW in de Noordzee.
De rol van havens
Deze forse groei van offshore windenergie vormt een uitdaging voor de hele toeleveringsketen. Havens zijn onmisbare knooppunten in de voortdurende uitbreiding van windenergie. Ze vervullen sleutelfuncties bij de bouw, exploitatie en het onderhoud. Maar ook bij de aanlanding en systeemintegratie van opgewekte stroom, bijvoorbeeld door het huisvesten van groene waterstofproductiefaciliteiten zijn ze onmisbaar. Om deze diensten te kunnen bieden, moeten havens aanzienlijk investeren in het uitbreiden en verbeteren van de infrastructuur. Naast een flinke uitdaging, is dit ook een kans voor havens om actief bij te dragen aan de energietransitie en duurzame bedrijfsactiviteiten te ontwikkelen. Uit dit onderzoek blijkt echt dat de havenontwikkelingen geen gelijke tred houden met de eisen die worden gesteld.
Knelpunt: de havencapaciteit
Als er niet snel actie wordt ondernomen om nieuwe haveninfrastructuur te ontwikkelen en bestaande faciliteiten voor installatie en productie voor offshore wind te upgraden, is het onwaarschijnlijk dat de doelstellingen voor 2030 zullen worden gehaald. De doelstellingen voor 2030 laten een sterke piek in de jaarlijkse inzet zien tussen 2029 en 2031. Om aan die piekvraag te kunnen voldoen, schat dit onderzoek in dat er voor het Noordzeegebied een bruto opslagoppervlakte nodig is van ongeveer 850 tot 1300 hectare. Het huidige bruto opslaggebied is ongeveer 600 hectare, met nog eens 200 hectare gepland voor uitbreidingsprojecten. Dit betekent dat er een verwacht tekort is tussen de 250 en 700 hectare. Zelfs alle geplande uitbreidingen gerealiseerd zijn, zal er nog steeds een tekort zijn van 50 tot 500 hectare.
Vijf uitdagingen
Uit deze studie komen vijf belangrijke uitdagingen voor havenontwikkeling die dringend actie vereisen van alle betrokken belanghebbenden. Veel havens willen uitbreiden en beschikken ook over uitbreidingsplannen. Het is alleen moeilijk om de benodigde infrastructuur op tijd te realiseren.
1- Vraagonzekerheid
De hoge doelstellingen voor offshore wind bieden onvoldoende zekerheid in de hele waardeketen om haveninvesteringen en -financiering te verwezenlijken.
2- Onaantrekkelijk business case
Grote langetermijninvesteringen met een beperkt rendement zorgen voor een onaantrekkelijke businesscase.
3 – Risico’s technologische ontwikkeling
Onzekere toekomstige technische vereisten creëren het risico van overinvestering of ongeschiktheid voor toekomstige windparken.
4- Concurrentie om ruimte
Havens hebben beperkte ruimte en een grote vraag vanuit andere sectoren voor (toekomstig) gebruik met meer zekerheid, rendement en duidelijke eisen.
5- Incentive mismatch
Marktactoren dragen allemaal bij aan het oplossen van problemen, maar hebben verschillende perspectieven en belangen. Havens ondervinden niet direct de gevolgen van het nietsdoen op het gebied van offshore windenergie.
Alle vijf uitdagingen moeten worden aangepakt om de haveninfrastructuur in lijn te brengen met de offshore windambities en om de tijdige realisatie van doelstellingen voor offshore wind te faciliteren. Daarom geeft dit onderzoek antwoord op de volgende vraag: ‘Hoe kunnen publieke en private belanghebbenden de belangrijkste uitdagingen aanpakken die verband houden met de ontwikkeling van de zeehaveninfrastructuur voor offshore windenergie in de NSEC-regio en de realisatie van de offshore winddoelstellingen veiligstellen?’
De oplossingen
Naast het identificeren van de status, toekomstige vereisten en uitdagingen bij de ontwikkeling van offshore windhavens in de Noordzeelanden, beveelt het rapport ook acties aan voor meerdere belanghebbenden.
Zo moeten regeringen en relevante autoriteiten zich concentreren op het creëren van de juiste omstandigheden waarin de industrie kan opereren, bijvoorbeeld door vraagzekerheid te creëren door een grotere zichtbaarheid van de aanbestedingspijplijn. Publieke belanghebbenden moeten ook toegang tot financiering mogelijk maken voor havens met subsidies om publieke financieringsstromen te mobiliseren, regionale en nationale havenplannen op te zetten en samen te werken.
Gerelateerd nieuws
Randvoorwaarden en mogelijkheden bij groen aanbesteden
Klimaat
Het volgende klimaatrapport verschijnt in 2028 maar de voorbereiding begint nu
Klimaat
Klimaatwetenschap in de rechtszaal
Klimaat
Belangrijke stappen gezet in wetgeving energietransitie
Klimaat