De bewindslieden op het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS) staan voor een flinke uitdaging. Het hoofdlijnenakkoord van de nieuwe regering benadrukt het belang van preventie om de volksgezondheid te verbeteren, gezondheidsverschillen te verkleinen en de zorgvraag te beheersen. Een nobel streven, maar in de financiële bijlagen zien we dat er veel minder middelen beschikbaar zijn. Bij het maken van het nieuwe regeringsbeleid zullen de bewindslieden dus veel scherper moeten kiezen hoe ze deze middelen inzetten.

Ambities gezonde leefstijl ver buiten bereik

De zorgkosten stijgen al jaren en we weten dat veel van deze kosten vermeden kunnen worden door een gezonde leefstijl. Toch blijkt het erg lastig om mensen tot een gezonde leefstijl te bewegen. De afgelopen jaren heeft de overheid flink geïnvesteerd om roken, problematisch alcoholgebruik en overgewicht terug te dringen. Denk bijvoorbeeld aan het Nationaal Preventieakkoord en het Gezond en Actief Leven Akkoord (GALA). Ondanks deze investeringen, zijn de gestelde ambities volgens doorrekeningen van het RIVM nog ver buiten bereik. Nu er minder geld beschikbaar is, is de uitdaging voor het nieuwe kabinet groter dan ooit.

Deze opgave vraagt om een koerswijziging: gezondheidswinst behalen met minder financiële middelen kan alleen als we doen wat werkt. Daarom roep ik beleidsmakers die zich bezighouden met gezondheidsbevordering op om optimaal gebruik te maken van de beschikbare kennis over effectieve preventie.

De juiste keuzes maken

Hoewel de financiële impuls voor preventie heeft geleid tot verschillende zinvolle samenwerkingsverbanden, worden wetenschappelijk onderbouwde interventies nog onvoldoende ingezet. Zelfs als alle gemaakte afspraken uit het Nationaal Preventieakkoord gerealiseerd worden, dan zijn de geformuleerde ambities waarschijnlijk onhaalbaar. Dit komt doordat niet voor de meest effectieve aanpak is gekozen. Als we ongezond gedrag willen veranderen dan moeten we begrijpen waar dit gedrag vandaan komt, zodat we aan de juiste knoppen kunnen draaien om gezondheidswinst te bereiken. Meer doen is niet altijd beter. Het gaat er vooral om dat we het juiste doen.

Preventie is een vak

De afgelopen jaren is er veel kennis opgedaan over wat wel en niet werkt. Helaas worden veel keuzes voor preventieve activiteiten nog steeds gebaseerd op onderbuikgevoelens, zonder wetenschappelijke onderbouwing. Er is een wildgroei aan activiteiten ontstaan die vermoedelijk meer geselecteerd zijn op grond van hun entertainmentwaarde dan op hun preventieve werking. De meeste goedbedoelde initiatieven komen niet verder dan informeren, bewustmaken en in het ergste geval bang maken of shockeren. Maar weten is iets heel anders dan doen.

Hoewel voorlichting kan helpen bij het maken van verstandige keuzes, is voor gedragsverandering veel meer nodig. Veel belangrijker is bijvoorbeeld de sociale norm die we ervaren: wat doen anderen en welk gedrag wordt door onze omgeving geaccepteerd? Gedragsverandering vraagt bovendien om een haalbaar handelingsperspectief. Zonder de juiste vaardigheden en het vertrouwen in eigen kunnen wordt het heel erg lastig. Voor al deze factoren bestaan bewezen effectieve technieken; methoden waarvan we uit onderzoek weten dat zij een positieve uitwerking hebben op een bepaalde component van gedrag. Preventieve activiteiten kunnen alleen het gewenste resultaat bereiken als deze technieken ook worden ingezet.

Bewezen effectief of wetenschappelijk onderbouwd

Betekent dit dan dat we alleen nog maar dingen zouden moeten doen die uitvoerig op effectiviteit zijn onderzocht? Dit klinkt natuurlijk mooi, maar is niet altijd haalbaar. Het gaat er vooral om dat we gebruik maken van technieken waarvan aannemelijk is dat deze tot ander gedrag kunnen leiden. Er is veel kennis beschikbaar over hoe gedrag ontstaat en hoe je dit kunt veranderen. Deze principes zouden leidend moeten zijn in alle preventieve activiteiten. Dit betekent een scherpe focus op programma’s die werken en het vermijden van goedbedoelde maar ineffectieve initiatieven. Alleen zo kunnen we met minder middelen toch veel impact maken en de gezondheid van de bevolking verbeteren.

Focus op wat écht werkt

De nieuwe regering kan het preventiebeleid verder optimaliseren door nu te kiezen voor wetenschappelijk onderbouwde activiteiten. Ik kan niet genoeg benadrukken hoe belangrijk het is om de beschikbare kennis over gedragsverandering te gebruiken en toe te passen. Want zo kunnen we, ondanks de bezuinigingen, gezondheidswinst bereiken. Het is tijd om terug te keren naar de kern en te focussen op wat echt werkt.

Over de auteurs

  • Simone Onrust

    Simone Onrust is Senior Wetenschappelijk Medewerker en coördinator middelenpreventie Jeugd bij het Trimbos-instituut. Zij houdt zich bezig met de ontwikkeling en evaluatie van preventieve interventies. Hierbij staat de altijd de vraag centraal: wat werkt er voor wie?

Gerelateerd nieuws

Nederlandse leerlingen kwetsbaar in veranderende wereld

De wereld om ons heen verandert. De arbeidstekorten zijn hoog, de democratie staat wereldwijd onder druk en conflicten belanden via sociale media met grote snelheid in de klas en in de collegezaal. Dat betekent iets voor de manier waarop jongeren de maatschappij toetreden. Het is een kernfunctie van het onderwijs om de toekomstige generatie op te leiden tot actieve burgers die onze democratie zowel dragen als verdedigen. Dit kan het onderwijs natuurlijk niet alleen, maar het heeft daar wel een belangrijke rol in. Veel scholen en instellingen worstelen echter met deze opgave. Dat blijkt onder andere uit de grote hoeveelheid herstelopdrachten die de Inspectie van het Onderwijs geeft op burgerschap en de beperkte burgerschapskennis van onze leerlingen. Ook op andere plekken in het onderwijs liggen kansen om leerlingen en studenten tot ontwikkeling te laten komen. Die kansen moeten we benutten, omdat het juist in tijden van verandering en onrust belangrijk is dat onze jongeren weerbaar en toekomstbestendig zijn. Docenten, schoolleiders en bestuurders verdienen steun bij deze uitdagende opgave. Dat schrijft de Inspectie van het Onderwijs op basis van de bevindingen in de Staat van het Onderwijs 2025.

Zorg & Sociaal

Inzichten en succesfactoren van proeftuinen met het Digitaal Meedoen Pakket

Onderzoekers van het Centrum voor Digitale Inclusie hebben onderzocht hoe financieel kwetsbare mensen in Nederland meer kunnen deelnemen aan de digitale samenleving. Door middel van een proeftuin onder 100 deelnemers is gekeken naar toegang tot de digitale wereld voor groepen die geen of beperkt internet hebben. Het onderzoeksrapport laat de noodzaak zien van toegang tot het internet en digitale middelen om aangesloten te blijven bij de maatschappij. De resultaten bieden concrete aanbevelingen voor overheden, beleidsmakers en organisaties om toegang tot de digitale wereld in Nederland verder te verbeteren.

Zorg & Sociaal

Mening over migratie hangt samen met somberheid over samenleving

Veel mensen in ons land hebben zorgen over migratie. Die zorgen komen vooral voort uit de angst dat migratie negatieve gevolgen heeft voor de woningmarkt, veiligheid en de Nederlandse identiteit. Mensen die negatiever denken over migratie vinden ook vaker dat het niet goed gaat met de samenleving en de politiek, en hebben de overtuiging dat ze niet meetellen.

Zorg & Sociaal

Regionale samenwerking als sleutel tot toekomstbestendige ouderenzorg?

In een tijd waarin de ouderenzorg onder druk staat door personeelstekorten en een toenemende zorgvraag, blijkt regionale samenwerking een veelbelovende oplossing. In haar promotieonderzoek heeft Nienke van Pijkeren onderzocht hoe langdurige zorg voor ouderen steeds meer regionaal wordt georganiseerd en wat dit betekent voor de manier waarop zorgregio’s en zorgpraktijken vorm krijgen.

Zorg & Sociaal